3KC VRIJDAG 5 JUNI 2020 OOA

3KC VRIJDAG 5 JUNI OOA
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
neMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

3KC VRIJDAG 5 JUNI OOA

Slide 1 - Diapositive

VANDAAG...
...KIJK JE EERST SAMEN MET MIJ EVEN KORT NAAR JE NIEUWSBERICHT!


Slide 2 - Diapositive

WAT GAAN WE DOEN?
Hopelijk heb je je nieuwsbericht nu voor je. We gaan samen even 'nakijken'. Telkens als je een onderdeel NIET in je nieuwsbericht hebt staan, krijg je 5 minpunten. Volg mijn instructies goed! 

Slide 3 - Diapositive

CHECKLIST
Je hebt antwoord gegeven op de volgende vragen:
  • Wie                                                                                Ja/nee
  • Wat                                                                                Ja/nee
  • Waar                                                                              Ja/nee
  • Wanneer                                                                         Ja/nee
  • Waarom                                                                          Ja/nee
  • Hoe                                                                                Ja/nee
  • De eerste alinea is een samenvatting van de belangrijkste dingen.Ja/nee
  • De tekst heeft een korte titel.                                              Ja/nee

Slide 4 - Diapositive

  •  De tekst heeft een bronvermelding.(door onze verslaggever) Ja/nee
  •  Er staat een datum onder de bronvermelding.                    Ja/nee
  •  De tekst heeft minimaal 200 woorden.                              Ja/nee
  •  De tekst is verdeeld in alinea’s. (minimaal 3)                       Ja/nee
  •  De tekst is verdeeld in kolommen.                                    Ja/nee
  •  De plaats staat in hoofdletters geschreven. (inleiding)          Ja/nee
  •  De eerste alinea is dikgedrukt.                                         Ja/nee
  •  Bij de tekst staat een passende afbeelding.                        Ja/nee

Slide 5 - Diapositive

JE 'CIJFER'...
In totaal kon je 80 PUNTEN halen voor het nieuwsbericht. Je haalt hier het aantal minpunten vanaf. Je komt dan op een aantal punten. Dit aantal punten deel je door 8. Je weet nu wat je hebt gescoord voor je nieuwsbericht. LET OP: je wordt nu niet beoordeeld op spelling, zinsbouw, hoofdletters en interpunctie. Normaalgesproken zou dit natuurlijk wel meegerekend worden!

Slide 6 - Diapositive

DE VORIGE LES...
...HEB JE EEN AANTAL SCHRIJFTIPS GEKREGEN.

HET HUISWERK VOOR DEZE LES WAS:
m. opdr. 2 t/m 4 (wb blz. 199-200, Schrijven 6.5) 

Slide 7 - Diapositive

HET DOEL VAN VANDAAG...
...kennismaken met de examenopdracht Schrijfvaardigheid van Nederlands

Slide 8 - Diapositive

VERVOLG SCHRIJVEN 6.5
WAT HEB JE NODIG?
* deze Lessonup;
* je werkboek op blz. 199-201;
* je tekstboek op blz. 186-187.


Slide 9 - Diapositive

WAT GA JE DOEN?
  • We kijken eerst samen opdr. 2 t/m 4 na (wb blz. 199-200).

Slide 10 - Diapositive

ANTWOORDEN HUISWERK
OPDRACHT 2
Lees de Schrijftip op bladzijde 186 van je handboek.
a Wat betekent ‘overbodig’? Kies uit.
A niet nodig
B overgehouden
b Welke twee fouten kun je maken met overbodige woorden?
Vul de zinnen aan. Je gebruikt twee woorden die hetzelfde betekenen. Een
van de twee woorden moet je dan weghalen. Je noemt in een woord een eigenschap die al in een ander woord zit. Dat extra woord is dus overbodig.

Slide 11 - Diapositive

ANTWOORDEN HUISWERK
OPDRACHT 3
Onderstreep in elke zin het woord dat overbodig is. Leg daarna de fout uit.
a In een mondeling gesprek legde de leerling uit dat hij het niet gedaan had.
Uitleg: Een gesprek is altijd mondeling.
b Vanuit mijn raam zag ik een passerende voorbijganger.
Uitleg: Een voorbijganger is iemand die passeert.
c Die oude bejaarden zitten hier elke dag op het bankje.
Uitleg: Elke bejaarde is oud.
d Tijdens de show kwam Marco Borsato breed lachend naar beneden dalen.
Uitleg: Als je daalt, ga je altijd naar beneden.

Slide 12 - Diapositive

ANTWOORDEN HUISWERK
OPDRACHT 4 (herhaling)
a Welke aanhef gebruik je in een zakelijke brief?
Geachte ...,
b Noteer de plaats en de datum van vandaag zoals je dat in een zakelijke brief
 
doet. 
Bijvoorbeeld: Oirschot, 8 juni 2020
c Hoeveel alinea’s gebruik je in ieder geval in een zakelijke brief?
in ieder geval drie: inleiding, kern en slot
d Hoe luidt de afsluiting van een zakelijke brief?
Met vriendelijke groet,
e Noem drie onderdelen van een zakelijke brief waarin je altijd een komma
 
gebruikt. 
tussen plaats en datum; na de aanhef; na de slotgroet
(zie blz. 20 werk
boek!) 


Slide 13 - Diapositive

EN NU?
  • We maken nu samen opdr. 5: vul de antwoorden mee in in je werkboek!
  • We lezen nu samen de Schrijftaak op blz. 201.

Slide 14 - Diapositive

ANTWOORDEN OPDRACHT 5
OPDRACHT 5
a Welke manier van lezen moet je gebruiken bij het examenonderdeel schrijfvaardigheid? 
nauwkeurig lezen
b Waarom heb je deze manier van lezen nodig?
In het inleidende verhaal bij de opdracht staat informatie die je moet gebruiken.
c Waarom is het verstandig om in de opdracht te onderstrepen, te nummeren
of te markeren?
Als hulp bij het schrijven. Of: Zo kun je niets vergeten.

Slide 15 - Diapositive

HUISWERK VOOR DE VOLGENDE LES:
Ga nu aan het werk met het huiswerk voor vrijdag 12 juni:
m. opdr. 7 (wb blz. 201, Schrijven 6.5)
DIT KLOPT: MAANDAG TIJDENS DE LES MAG JE HIER NOG AAN WERKEN EN VRAGEN STELLEN!
LET OP: je maakt de brief op je laptop! Je mailt mij de brief vóór de les van vrijdag! Zorg dat je het document als volgt opslaat:
voor- en achternaam, brief, 3KC. Je stuurt je brief mee als bijlage! Mailadres: a.lammers@kempenhorst.nl

Slide 16 - Diapositive

HOE KOM JE VIA CUMLAUDE IN DE WOORDTRAINER?
* Je gaat buiten de VDI om naar internet explorer.
* Daarna ga je naar de Kempenhorstsite.
* Daar klik je op het logo van CumLaude (CL).
* Je logt in en gaat vis de studieroute naar NE -3K.
* Dan kies je voor 'digitaal lesmateriaal'.
* Je komt dan op de site van Talent. Je gaat naar leerjaar 3, vmbo-k, hoofdstuk 5 en klikt dan op start.
* links zie je dan alle paragrafen staan. Je gaat naar de Woordtrainer.


Slide 17 - Diapositive

* Bovenaan in de tekst zie je nu een blauwe link staan: woordtrainer van leerjaar 3. Deze klik je open.
*  Als je op het kruisje klikt, kom je op een pagina waar je het hoofdstuk en de lessen kunt aanvinken (je moet uiteindelijk alle lessen van H5 kennen).
* Daarna kun je rechts je manier van leren kiezen. Druk daarna op START.  SUCCES!

Slide 18 - Diapositive

Succes!

Slide 19 - Diapositive