Ontwikkelingspsychologie les 5

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Ontwikkelingspsychologie

Les 5: Kleuter en schoolkind

Wat gaan we vandaag doen?

Hoofdstuk 5; kleuter en schoolkind

Blz 60

Bij het leren van de baby en peuter is sprake van imiterend leren, herhalingsleren en ervaringsleren

1. Juist
2. Onjuist

Vanaf ongeveer één jaar is het belangrijk de taalontwikkeling van een kind te stimuleren

1. Juist
2. Onjuist

De kleuter is het kind van vier tot zes jaar

1. Juist
2. Onjuist

Kleuter en schoolkind

- Cognitieve ontwikkeling
- Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling
- Emotionele ontwikkeling
- Lichamelijke en seksuele ontwikkeling

Cognitieve ontwikkeling

Kleuters -> fantasiedenken
Schoolkind -> realiteitsdenken

Leren op school: taakgericht werken en prestatiegerichtwerken
Leren buiten school (boeken lezen, computeren en tv-programma's)

Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling

• Graag complimenten ontvangen
• Uitleg vereenvoudigen
  

Omgang met andere kinderen

- Graag bij een groep horen

   - Conformisme =  aanpassen - Pesten

Omgang met volwassenen

zesjarige - kijkt tegen alle aardige volwassenen op

Achtjarig - gehoorzaamt een volwassene omdat deze een      bepaalde positie heeft

Tienjarige- luistert pas naar een volwassene als die zich eerst persoonlijk heeft bewezen

Emotionele ontwikkeling

Ontwikkeling zelfbeeld = het geheel van opvattingen en overtuigingen dat iemand over zichzelf heeft opgebouwd door alles wat hij heeft waargenomen en ervaren

Te negatief zelfbeeld- ongelukkig - verlegen en onzeker

Te sterk positief zelfbeeld - opgeblazen zelfbeeld - kind kan niet meer zonder applaus - narcisme

Ontwikkeling van schaamtegevoelens en schuldbewustzijn

Een kleuter heeft goed door dat hij straf en beloning op zichzelf moet betrekken

Lichamelijke en seksuele ontwikkeling

Kleuter - groeit gemiddeld per jaar 8 cm

Schoolkind - 6 cm

Seksuele interesse en nieuwsgierigheid

Geslachtsgebonden gedrag

Seksuele interesse en nieuwsgierigheid

Waar kom ik vandaan? Hoe komt dat baby'tje in mama haar buik?

6-9 jaar - maakt niet uit jongen of meisje

10 jaar- meisjes - meisjes, jongens - jongens

11 jaar- jongens en meisjes spelen weer met elkaar (meiden of jongensvang, kusjes geven)

Geslachtsgebonden gedrag

Genderidentiteit = het voortdurend aanwezige besef dat iemand heeft dat hij een meisje of een jongen is

Geslachtsgebonden gedrag is deels

aangeboren en deels aangeleerd

Aan de slag!

Thema 2, hoofdstuk 5 (vanaf blz 60)

Opdracht 3,4,5,6C en 7a/b

Klaar? Alvast een begin maken aan de eindopdracht