PTA - module stijl - les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

Module stijl

Woensdag    - grammatica

Vrijdag            - spelling

1. Planning periode 1
2. Het fictiedossier - planning - boekenlijst
3. paragraaf 1 doornemen
4. paragraag 2 doornemen

Leerdoelen vorige les

Aan het eind van deze les:

- Weet je wat er bedoeld wordt met 'schrijfstijl'

- Weet je het verschil tussen formeel en informeel taalgebruik

- Kun je beeldspraak omschrijven in:

1. vergelijking

2. spreekwoorden en uitdrukkingen

3. personificatie

Oefeningen

STUDIEMETER - Viastarttaal Online

2F - spreekwoorden en uitdrukkingen

2 oefeningen

Volgende slide (oefening 1 + 2)

https:

'Voor meer informatie kunt u terecht bij www.vraagmaarraak.nl'

1. formeel
2. informeel

Hij kletste als een kip zonder kop.

1. Spreekwoord
2. Vergelijking

Vergelijking:

Iemand wordt met iets vergeleken om het nog duidelijker te maken.

Hij is zo sterk als een beer.

De vergelijking is beeldspraak.

Die flapdrol snapt er niets van.

1. Metafoor
2. Spreekwoord

Matafoor:

'Die flapdrol' verwijst naar een persoon.

Die flapdrol is beeldspraak

De letters dansten op het papier.

Welk woord is een personificatie?

1. Dansten
2. De letters
3. Het papier
4. Op

Spreekwoord:

Dit neem je niet letterlijk, dit is een andere vorm van beeldspraak. Een spreekwoord geeft een bepaald beeld van iets.

Oost, west, thuis best.

1. Vergelijking
2. Spreekwoord

Spreekwoord:

Dit neem je niet letterlijk, dit is een andere vorm van beeldspraak. Een spreekwoord geeft een bepaald beeld van iets.

Leerdoelen 

Aan het eind van deze les:

Kun je de volgende stijlfouten herkennen in een zin:

- spot

- eufemisme

- Tautologie

- Pleonasme

- Incongruentie

3. Spot en eufemisme

Blz.9

3. Spot en eufemisme

Blz.8

Spot = een grappige opmerking maken

Belangrijk: wie maakt de opmerking.. Meestal zit er een boodschap achter een spottende opmerking.

Oefeningen

Maak opdracht 1 en 2

Kijken samen na

4. Stijlfouten

Blz. 10

Tautologie - 2 woorden ongeveer hetzelfde betekenen

• altijd en eeuwig
• liegen en bedriegen

4. Stijlfouten

Blz. 11

Pleonasme - overbodig woord

• De witte sneeuw
• De ronde cirkel

Filmpje - 2.19 

4. Stijlfouten

Blz. 12

Incongruentie - Onderwerp en persoonsvorm moeten beide enkelvoud of meervoud zijn.

Zie voorbeeld in het boek!

Oefeningen

Maak opdracht 1 t/m 4

Kijken samen na

Huiswerk 8 januari af

https:

https:

https:

https:

Leerdoelen 

Aan het eind van deze les:

Kun je de volgende stijlfouten herkennen in een zin:

- spot

- eufemisme

- Tautologie

- Pleonasme

- Incongruentie