1.2 Het Nederlandse weer verklaard (breedteligging en hoogteligging)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Het Nederlandse weer verklaard

Breedteligging en hoogteligging

Wat vind je lastig van 1.2?

Par. 2: Water in beweging

Deze les:

• Wat vind je lastig van 1.2?
• Herhaling paragraaf 1.1
• Uitleg: Paragraaf 1.2:

      - Het Nederlandse klimaat

      - Breedteligging en hoogteligging 

• Nakijken examentraining
• Werken

Wat is geen weerselement?

1. zon
2. wind
3. neerslag
4. bewolkingsgraad

Wind waait altijd van een gebied waar weinig lucht is naar een gebied waar veel lucht is.

1. Goed
2. Fout

Waarin drukken we de windkracht uit?

1. Graden Celsius
2. Schaal van Beaufort
3. Meter per seconde
4. Millimeter

Nederland heeft een gematigd zeeklimaat.

Dit komt door:

• de breedteligging.
  
• de ligging aan de                         Noordzee.
  
• de overheersende                zuidwestenwinden.
  

Gematigd zeeklimaat = Een klimaat met koele zomers, zachte winters en neerslag in alle jaargetijden.

Klimaat = Het gemiddelde weer, gemeten over een lange periode (30 tot 40 jaar) in een groot gebied.

https://schooltv.nl/video/weer-en-klimaat-in-nederland-het-weer-verandert-per-dag-het-klimaat-niet/

Geografische breedte = afstand van een plaats tot de evenaar

• Lage breedte (dicht bij evenaar)
• Hoge breedte (dicht bij polen)

Breedteligging

https://schooltv.nl/video/de-zon-geeft-ons-warmte-de-zon-geeft-ons-warmte/

Hoe hoger de breedte (dus hoe dichter bij de polen) hoe kouder.

Hoe lager de breedte (dus hoe dichter bij de evenaar) hoe warmer.

Loodrecht zonnestralen geven meer warmte dan schuine zonnestralen.

Op hoge breedte is de zoninvalshoek klein.

Op lage breedte is de zoninvalshoek groot.

Hoogteligging 

Regel

Hoe hoger hoe kouder

Als je 1000 meter stijgt wordt het 6 graden Celsius kouder.

Uitleg

Pas wanneer zonnestralen op het aardoppervlak vallen geven ze hun warmte af. Het aardoppervlak wordt daardoor warm en geeft nu zelf warmte af. De dampkring wordt op die manier van onderaf verwarmd.

Par. 2: Water in beweging

Nu doen:

• Uitleg vragen
• Nakijken opg. 1.1
• Zelfstandig werken (Maak examentraining 1.2
  , Maak extra oefenen temperatuurfactoren, Maak werkboek: 1a, 2b, 4c, 5, 6a, 6c, 7, 8 en 12.)

Huiswerk:

• Leer par. 1.1 en par. 1.2 (breedteligging en hoogteligging).

Opdracht 1

a Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut