Klas 2A gymn Montag, den 6. Dezember 2021

Montag, den 6. Dezember 2021
  • Willkommen
  • Nachsehen Hausaufgaben
  • Ziele dieser Unterrichtsstunde
  • Plauderecke B
  • Sprechen
  • Hören
  • Grammatik üben: rangtelwoorden
  • Schreibecke
  • Grammatik üben: Modalverben
  • Hausaufgaben
  • Zum Schluss
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Montag, den 6. Dezember 2021
  • Willkommen
  • Nachsehen Hausaufgaben
  • Ziele dieser Unterrichtsstunde
  • Plauderecke B
  • Sprechen
  • Hören
  • Grammatik üben: rangtelwoorden
  • Schreibecke
  • Grammatik üben: Modalverben
  • Hausaufgaben
  • Zum Schluss

Slide 1 - Diapositive

Nachsehen Hausaufgaben:
  • Aufgabe 16.2 Seite 104
  • Aufgabe 14.3 Seite 100 -> aantal leerlingen lezen verhaaltje voor.     -> inleveren via mail: h.beckers@cvo-nf.nl

Slide 2 - Diapositive

Ziele dieser Unterrichtsstunde:
  • Je kunt jezelf voorstellen en iets vertellen over je gezin en familie.
  • Je kunt oefenen met de Plauderecke.
  • Je kunt tijdens het luisteren vragen beantwoorden.
  • Je kunt oefenen met de Duitse Modalverben.

Slide 3 - Diapositive

Plauderecke B
TB Seite 41     AB Seite 104
Gezamenlijk luisteren en vertalen van de antwoorden.


timer
1:00

Slide 4 - Diapositive

Aufgabe 16.3 Sprechen Seite 105
  • Vul steekwoorden in het Duits in bij de vragen van 16.3.
  • Gebruik Plauderecken en de Wörterlisten.
  • Je kunt o.a. vertellen over hoe je je verjaardag viert, hoe je oud en nieuw viert enz.
  • Bereid het verhaaltje voor.
  • Je krijgt 5 minuten.
  • 10 leerlingen worden aangewezen om te vertellen.
timer
1:00

Slide 5 - Diapositive

Hören                Seiten 100-101
Aufgabe 14.4 
  • Gezamenlijk lezen in leiding.
  • Wat moeten we doen tijdens het luisteren? Bij A?
  • Wat moeten we doen bij B?

Slide 6 - Diapositive

zevenenzestigste
Vertalen in het Duits.

Slide 7 - Question ouverte

achtste
Vertalen in het Duits.

Slide 8 - Question ouverte

29.
Schrijf het getal voluit in het Duits.

Slide 9 - Question ouverte

Schreibecke  Seite 105
Aufgabe 17.1
  • Gezamenlijk lezen bron 17 TB Seite 42
  • Lees goed de vragen.
  • Haal de antwoorden uit bron 17.
  • Klaar: Wörterlisten/Plauderecken leren, in WRTS/Quizlet zetten.
  • Bespreken Aufgabe 17.1
timer
1:00

Slide 10 - Diapositive

Grammatik üben:
Modalverben + möchten

Slide 11 - Diapositive

möchten
betekenis

Slide 12 - Question ouverte

mögen
betekenis

Slide 13 - Question ouverte

dürfen
betekenis

Slide 14 - Question ouverte

Du .... dein Zimmer aufräumen!
A
sollst
B
musst

Slide 15 - Quiz

Sie .... ihre Hausaufgaben machen. Sie braucht eine gute Note.
A
soll
B
muss

Slide 16 - Quiz

Ich .... nicht ob ich ich Lust habe.
A
wisse
B
wiss
C
weiße
D
weiß

Slide 17 - Quiz

Hier (mag men) .... nicht rauchen.
A
darf man
B
kann man
C
mag man
D
möchte man

Slide 18 - Quiz

Hausaufgaben:
Lernen: Wörterliste A+B     Seiten 46-47
Lernen: Grammatik TB Seite 45 Modale werkwoorden en möchten
Lernen: Grammatik Rangtelwoorden Seite 46 TB
Lernen: Verschil ja en doch TB Seite 45
Lernen Plauderecke A+B Seiten 40-41 TB -> invoeren in WRTS of Quizlet

Machen:
Aufgabe 15.2  Seite 102
Tip: Plauderecke A in WRTS of Quizlet zetten!!!



Slide 19 - Diapositive

Zum Schluss:
  • Wat waren de doelen van vandaag.

Slide 20 - Diapositive

LessonUP
  • Pak je mobiel.
  • Ga naar Play Store.
  • Zoek op: LessonUP → met icoontje raket.
  • Installeren en openen.
  • Code invoeren:          slobd 
  • Vul je emailadres van school in.
  • Bedenk een wachtwoord vul deze twee keer in (noteer dit wachtwoord op een veilige plek!!!!!)
  • Je voor- en achternaam invullen.
 

Slide 21 - Diapositive

Betekenis Modalverben:

dürfen = mogen, toestemming hebben

können = kunnen, in staat zijn tot

mögen = houden van, lusten, aardig vinden
müssen = moeten/noodzaak -> het kan niet anders
Betekenis Modalverben:

sollen = moeten/bevel, wil van een ander

wollen = willen

wissen = weten

möchten = zou graag willen
(möchten andere vorm van mögen)

Slide 22 - Diapositive