3.1 Nationaalsocialisme

Nationaalsocialisme
paragraaf 3.1
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Nationaalsocialisme
paragraaf 3.1

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is het Interbellum?
A
1914-1918
B
1918-1933
C
1919-1939
D
1940-1945

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie stelden het Verdrag van Versailles op?

Slide 3 - Carte mentale

Frankrijk, Engeland en VS
Bedenk eens een reden waarom Duitsers het Verdrag van Versailles een "Dictaat" zouden noemen?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Gelijk na de Eerste Wereldoorlog werd er een nieuwe Duitse regering gevormd. Onder welke naam?
A
Het Duitse Rijk
B
Republiek van Versailles
C
Republiek van Weimar
D
Duitsland

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Verdrag van Versailles werd in 1918 ondertekend
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In het Verdrag van Versailles werd afgesproken dat
A
Het Duitse leger niet meer dan 50.000 soldaten mocht hebben
B
Duitsland de helft van z'n grondgebied moest afstaan
C
Het Ruhrgebied moest vrij van Duitse soldaten zijn
D
Duitsland geen herstelbetalingen hoefde te betalen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat stond niet in het Verdrag van Versailles?
A
Duitsland moet grondgebied afstaan
B
Duitsland krijgt de schuld van WO1
C
Het Duitse leger mag niet meer dan 100.000 hebben
D
De Duitsers moeten grote bedragen aan schadevergoeding betalen

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De Fransen hebben na de Eerste Wereldoorlog een stuk Duitsland bezet
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Duitsland na WO1: politiek
In 1918 was de keizer afgetreden en was Duitsland een parlementaire republiek geworden: de Republiek van Weimar.

Heel veel mensen waren ontevreden over deze republiek.
  • Dolkstootlegende: de oorlog is verloren door politici van de   Weimarrepubliek
  • Mensen geloofden niet in de bestuursvorm democratie

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Duitsland na WO1: economisch
Door het verdrag van Versailles en
de herstelbetalingen belandde Duitsland
in een economische crisis. 
In 1923 was Duitsland volledig blut,
waardoor de regering had bedacht om geld
bij te drukken...
Maar als er meer geld is, wordt het ook
minder waard. Gevolg: hyperinflatie

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 Prijs van 1 kilo brood

December 1921:         4 Mark
December 1922:        163 Mark
Januari 1923:               250 Mark
April 1923:                     474 Mark
Augustus 1923:           69.000 Mark
November 1923:          201.000.000.000 Mark











Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Opkomst nationaalsocialisme
  • Door het wantrouwen in de democratie zochten mensen
     een alternatief. Hierdoor konden partijen met extreme
     ideologieën makkelijk aan de macht komen. 
  • Een van die partijen was de Nationaalsocialistische
     Arbeiderspartij (NSDAP)

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken nationaalsocialisme
Het nationaalsocialisme is net als het communisme en fascisme een totalitaire ideologie. 
  1. leidersbeginsel: er is 1 leider, de Führer
  2. Extreem nationalisme
       bijv.: Lebensraum → alle Duitssprekende volkeren zouden in één           land moeten wonen
  3. Militarisme
  4. Anticommunistisch

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken nationaalsocialisme
5. Antisemitisch
    = jodenhaat
6. Rassenleer
7. Antidemocratisch
8. Terreur
9. Propaganda en censuur

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nationaalsocialisme
paragraaf 3.1

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem minimaal 3 kenmerken van nationaalsocialisme

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hitler komt aan de macht 
Vanaf 1929 won de NSDAP in korte tijd veel stemmen. 
Ze beloofden:
  • de economie te herstellen
  • het verdrag van Versailles teniet te doen
            → verloren gebieden terughalen + geen herstelbetalingen meer
  • te zorgen voor werkgelegenheid
  • alle Duitsers in één Duits rijk

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

1933: Rijksdagbrand
In 1933 brak er brand uit in de Rijksdag, de Tweede Kamer van Duitsland.
Volgens Hitler was dit gedaan door een communist. 
Hij riep uit dat er een noodsituatie was en trok hierna alle macht naar zich toe: machtigingswetten

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Duitsland is totalitair
Hitler had nu in zijn eentje alle macht.
Om dit te handhaven nam hij de volgende maatregelen:
  • Elke andere partij werd afgeschaft.
  • Tegenstanders werden opgesloten in concentratiekampen.
  • Er kwam een ministerie van Propaganda
  • Jeugdverenigingen (Hitlerjugend) om de jeugd te indoctrineren

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep het juiste woord naar de bijpassende zin
Haat tegen en/of discriminatie van joden
Een ideologie die een sterke staat onder leiding van een sterke man nastreeft
minister-president van Duitsland
Een eenzijdige boodschap geven waarmee iemands 
gedachten gemanipuleerd wordt
Vaak misleidende informatie die gebruikt wordt om
 aanhangers - steun te winnen. Vaak gebruikt om 
ideele en politieke doelen te verwezenlijken.
Een ideologie die een sterke staat onder leiding van een sterke man nastreeft en uitgaat van een rassenleer
rijkskanselier
fascisme
propaganda
indoctrinatie 
Antisemitisme
nationaal-
socialisme

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom werden de Joden de zondebok?
A
Succesvolle en rijke Joden zorgde voor argwaan
B
De Joden waren in Duitsland in de meerderheid ipv Duitsers zelf
C
De Joden profiteerden van het Verdrag van Versailles
D
Joodse leiders waren betrokken in een communistisch complot om Duitsland over te nemen

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gebruikte Hitler WO1 om aan de macht te komen?
A
De Dolkstootlegende
B
Hij legde de schuld van WO1 bij de Joden
C
Hij was kritisch op de Weimarrepubliek
D
Alle bovenstaande antwoorden

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom was de Weimarrepubliek zo gehaat door de burgers?
A
Ze waren een communistische regering
B
Zij hadden het verdrag van Versailles ondertekend
C
De Weimarrepubliek was een totalitair syteem
D
De Weimarrepubliek zat vol met kapitalisten

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Na Hitlers mislukte poging om de Duitse overheid omver te werpen deed hij nog een poging. Hoe deed hij dat?
A
De Reichsdag in brand zetten
B
De huidige rijkskanselier vermoorden
C
Ervoor zorgen dat er een economische crisis uitbrak zodat hij die kon oplossen
D
Meedoen aan de verkiezingen

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bekerspel
Zet alle tafels aan de kant binnen 1 min!
timer
1:00

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

8 leerlingen nodig 
Deze leerlingen zijn politici. 
De rest is burger. 
Wie wil?

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions