vakbond

Als werknemer heb je rechten en plichten op werk
😒🙁😐🙂😃
1 / 26
suivant
Slide 1: Sondage
BurgerschapMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Als werknemer heb je rechten en plichten op werk
😒🙁😐🙂😃

Slide 1 - Sondage

1.4 Rechten en plichten
Leerdoelen: 

  • Je leert dat je als werknemer rechten en plichten hebt.
  • Je leert wat een cao is.
  • Je leert wat een vakbond doet.

Slide 2 - Diapositive

 Bekijk het filmpje en vul de woordweb helemaal in

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Rechten en plichten

Slide 5 - Carte mentale

Regels op het werk
In elk bedrijf gelden regels. Bijvoorbeeld regels over gezond en veilig werken.

In veel bedrijven gelden ook regels over hoe je je moet gedragen. Bijvoorbeeld dat je beleefd moet zijn tegen klanten.


Slide 6 - Diapositive

Regels zijn er niet voor niks!
Als je je niet aan de regels houdt, kan dat voor problemen zorgen.

Als je bijvoorbeeld vaak te laat komt, kun je worden ontslagen.

Houd je dus altijd aan de regels!

Slide 7 - Diapositive

Rechten van werknemers
Je hebt als werknemer verschillende rechten. Bijvoorbeeld:
  • Recht op een veilige werkplek
  • Recht op vakantiedagen
  • Recht op loon
  • Recht op pauze
  • Rechten als je ziek bent (bijvoorbeeld doorbetaling)

Let op: je hebt de plicht om werk te verrichten!


Slide 8 - Diapositive

CAO
Collectieve arbeidsovereenkomst

Hierin staan de afspraken over de arbeidsvoorwaarden tussen werknemer en werkgever

In je arbeidsbeidscontract staat onder welke cao je valt. Je werkgever kan jou dit vertellen!
 
Bijvoorbeeld:
  • werktijden
  • beloning (salaris)
  • vakantiedagen
  • pensioenregelingen
  • regels over overwerken
  • regelingen voor ziekte
  • veiligheid
  • ontslagregelingen (bijv. opzegtermijn)
  • zwangerschapsverlof
  • kinderopvang
  • scholing

Slide 9 - Diapositive

Vakbond
Het kan lastig zijn om als werknemer op te komen voor je rechten. Soms kan een vakbond dan helpen.

Een vakbond komt op voor de rechten van werknemers. Een vakbond kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat werknemers meer loon krijgen.

Slide 10 - Diapositive

Welke regels gelden er bij jou op het werk/stage? Noem er minimaal 2.

Slide 11 - Question ouverte

Bedenk een regel die ervoor kan zorgen dat de werkplek veiliger wordt

Slide 12 - Question ouverte

Casus 1
Lees de tekst en beantwoord de vraag
Mandy werkt als bezorgster. Ze moet voor haar werk vaak zware pakketten de trap op tillen. Hierdoor heeft ze soms last van haar rug. 
Mandy wil dit met haar werkgever bespreken. Ze vindt haar werk heel leuk en wil haar baan niet kwijtraken.

Slide 13 - Diapositive

Over welk recht van een werknemer gaat deze situatie?

Slide 14 - Question ouverte

Casus 2
Lees de tekst en beantwoord de vraag.
Rick werkt in de bediening van een restaurant. In zijn contract staat dat hij drie dagen per week van een tot negen moet werken. Soms moet Rick langer doorwerken. Maar hij krijgt daar niet voor betaald. 

Rick wil dat hij betaald krijgt voor de uren die hij extra werkt. Zijn baas vindt dat extra werken bij zijn baan hoort.

Slide 15 - Diapositive

Over welk recht van de werknemer gaat dit?

Slide 16 - Question ouverte

Wat kan Rick doen als de baas de overuren niet betaalt?

Slide 17 - Question ouverte

Opdracht in de les
Ga naar de website: www.fnvjong.nl

Slide 18 - Diapositive

Voor wie is deze vakbond bedoeld?

Slide 19 - Question ouverte

zoek uit:
Hoeveel kost het om lid te worden van deze vakbond?
Wat krijg je daarvoor?

Slide 20 - Diapositive

zijn er andere vakbonden dan de FNV?

Slide 21 - Diapositive

Waarom denk je dat sommige werknemers lid zijn van een vakbond?

Slide 22 - Question ouverte

Zou jij lid worden van een vakbond?
Leg uit waarom wel of niet.

Slide 23 - Question ouverte

1.4 Rechten en plichten
Leerdoelen: 

  • Je leert welke rechten en plichten je als werknemer hebt.
  • Je leert wat een cao is.
  • Je leert wat een vakbond doet.

Slide 24 - Diapositive

Noem drie dingen die je vandaag hebt geleerd

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive