Persoonsvorm verleden tijd

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom!

Vandaag:

- Persoonsvorm in de verleden tijd

Het doel van vandaag:

Je spelt de persoonsvorm in de verleden tijd correct

Wat gaan we doen vandaag?

* Theorie persoonsvorm in de verleden tijd
* Opdracht - zelfstandig werken

Korte terugblik op vorige week

- Hoe vind je de persoonsvorm ook alweer?

Korte terugblik op vorige week

- Hoe vind je de persoonsvorm ook alweer?

Tijdproef

Getalproef

Korte terugblik op vorige week

drie mogelijkheden (vormen)

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De verzorgende … (besteden) altijd extra aandacht aan hygiëne.

1. besteedt
2. besteed
3. besteet
4. besteden

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
... (Worden) nu lid!

1. Wordt
2. Word
3. Wort
4. Worden

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
... (Beantwoorden) jij de mail van de arts?

1. Beantwoordt
2. Beantwoord
3. Beantwoort
4. Beantwoorden

Persoonsvorm verleden tijd

Het Nederlands heeft sterke en zwakke werkwoorden

Sterke werkwoorden krijgen in de verleden tijd een klankverandering en je schrijft ze zo kort mogelijk.

Lopen - liepen
Slapen - sliepen
Geven - gaven
Kijken - keken

Persoonsvorm verleden tijd

Het Nederlands heeft sterke en zwakke werkwoorden

Zwakke werkwoorden spel je in de verleden tijd als ik-vorm+te(n) of ik-vorm+de(n).

Let op of het onderwerp enkelvoud of meervoud is.

Wanneer +te(n) en wanneer +de(n)?

Maak het woord langer. Dan hoor je meestal of je +te(n) of +de(n) moet gebruiken.

Ik leef. Ik leefde of ik leefte? Deze hoor je gelijk.

Wat doe je als je twijfelt?

Wanneer +te(n) en wanneer +de(n)?

Twijfel je?

-->  ’t ex-fokschaap 

Haal -en van het werkwoord af.

* Laatste letter een t, x, f, k, s, ch, p? --> ik-vorm +te(n)

* Laatste letter geen t, x, f, k, s, ch, p? --> ik-vorm + de(n)

Is het ik juichde of ik juichte?

1. juichde
2. juichte

Let op bij werkwoorden met een v of z:

 

beloofde of beloofte? beloven: ‘v’ hoort niet bij ’t ex-fokschaap, dus beloofde

reisde of reiste? reizen: ‘z’ hoort niet bij ’t ex-fokschaap, dus reisde

Kijk dus altijd naar het hele werkwoord

Vul de persoonsvorm verleden tijd in:
De docent ... (starten) de les en ... (controleren) het huiswerk.

Vul de persoonsvorm verleden tijd in:
De verpleegkundige ... (beantwoorden) de vraag en ik ... (schrijven) het antwoord op.

Opdracht

In groepjes van maximaal 3 personen

Maak je eigen ezelsbruggetje! 

Pen en papier of in Word

Klaar? Bezig met opdrachten 2.2 Taalverzorging - Persoonsvorm in de verleden tijd (individueel, op 2F of 3F)

Dan gaan we de verschillende uitkomsten bespreken

Jullie hebben 15 minuten de tijd

t x f k s c h p

+ klinkers

Volgende les

• Voltooid deelwoord 

Huiswerk

•  Kies 2F of 3F:
  - 2F: Maken opdracht 1 t/m 4 en extra opdracht 2 van Taalverzorging 2.2 persoonsvorm in de verleden tijd
  - 3F: Maken opdracht 1 t/m 3 en extra opdracht 2 + 3 van Taalverzorging 2.2 persoonsvorm in de verleden tijd