Woordsoorten: ZN, BN en BW

Woordsoorten: ZN, BN en BW
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Woordsoorten: ZN, BN en BW

Slide 1 - Diapositive

Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Bijwoord
Kast
enorm grote
grappige
spannende
camera
heel snel

Slide 2 - Question de remorquage

Maak een foto van iets dat een zelfstandig naamwoord is

Slide 3 - Question ouverte

Wat is géén bijvoeglijk naamwoord?
A
scheve
B
jongetje
C
vreemde
D
intelligente

Slide 4 - Quiz

Hij rent snel naar de buurman.
Wat is het bijwoord in deze zin?

Slide 5 - Question ouverte

Hamzeh is een hele schattige jongen.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord in deze zin?

Slide 6 - Question ouverte

Welk woord kan een bijwoord zijn?
A
enorm
B
hoge
C
feesten
D
scheet

Slide 7 - Quiz

Wat is het zelfstandig naamwoord?
A
loopt
B
snelle
C
vreselijke
D
mist

Slide 8 - Quiz

Soufian leest graag een heel dik boek.
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Slide 9 - Question ouverte

Soufian leest graag een heel dik boek.
Wat is het bijwoord?

Slide 10 - Question ouverte