Cursus5 Woordsoorten §7 Aanwijzend vnw §9 Vragend vnw

Aanwijzend en vragend vnw
Lesdoelen:
Je leert de woordsoorten aanwijzend voornaamwoord en vragend voornaamwoord
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Aanwijzend en vragend vnw
Lesdoelen:
Je leert de woordsoorten aanwijzend voornaamwoord en vragend voornaamwoord

Slide 1 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord wijst iets of iemand aan. 
De aanwijzende voornaamwoorden zijn: deze, dit, die en dat

Voorbeeld:
Kijk, zie je dat broodje? 

Afkorting aanwijzend voornaamwoord = av

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord (av)
Deze, die, dat, dit liggen voor de hand!
Let op: zo’n, zulke en dergelijke horen er ook bij!

LET OP!

Dit zijn ook aanwijzende voornaamwoorden:
  zo'n, zulke of dergelijke


Slide 4 - Diapositive

Aanwijzend voornaamwoord
Welke wordt in de zin zelfstandig gebruikt?
A
Die schoenen vind ik echt geweldig.
B
Dit meisje is echt hilarisch.
C
Dat paard is groot.
D
Dat geloof ik niet.

Slide 5 - Quiz


Een aanwijzend voornaamwoord...
A
vraagt naar iets of iemand
B
verwijst naar iets of iemand maar je weet niet precies wie
C
wijst iets of iemand aan
D
bestaat helemaal niet

Slide 6 - Quiz

Wat is GEEN aanwijzend voornaamwoord?
A
die
B
daar
C
deze
D
dit

Slide 7 - Quiz

Wat is een aanwijzend voornaamwoord?
A
degene, zulke
B
jouw, mijn
C
ik, jij
D
daarom, doordat

Slide 8 - Quiz

Aanwijzend voornaamwoord
Welke wordt in de zin bijvoeglijk gebruikt?
A
Dat vind ik echt geweldig.
B
Dit is echt hilarisch.
C
Dat jongetje is hilarisch!
D
Dit werkt voor geen meter.

Slide 9 - Quiz

Zoek het aanwijzend vnw!
Maar juist nu zijn ondergang gekomen lijkt te zijn, doemt stralender dan ooit tevoren, van gene zijde, zijn eerbiedwaardige moeder voor hem op. Als ware zij de schitterende godin Pallas Athene, die destijds vanuit de hemel neerdaalde bij de razende Achilles, om hem tot kalmte te manen.

Slide 10 - Diapositive

Ik begrijp het aanwijzend voornaamwoord
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Sondage

Vragend voornaamwoord
Lesdoelen:
Je leert de woordsoort vragend voornaamwoord

Slide 12 - Diapositive

Vragend voornaamwoord







Een vragend voornaamwoord (vrv)
verwijst altijd naar een persoon of ding.
Dit zijn ze: wie, wat, welke, wat voor (een). 
Ze staan meestal aan het begin van een vraagzin. 

Slide 13 - Diapositive

Wat is het vragend voornaamwoord?
A
het
B
is
C
wat
D
vragend

Slide 14 - Quiz

De vragende voornaamwoorden zijn...
A
Wie, wanneer, wat
B
Hoe, wie, wat (voor een), welke
C
Welk(e), wat, wat voor (een), wie
D
Welke, wanneer, hoe, wat

Slide 15 - Quiz

Wat is het vragend voornaamwoord?
Hoe bedoelt u?
A
hoe
B
zit er niet in

Slide 16 - Quiz

Wat is géén vragend voornaamwoord?
A
Wie
B
Waar
C
Wat
D
Welk

Slide 17 - Quiz

Wat is GEEN vragend voornaamwoord?
A
wat
B
welke
C
waarom
D
wie

Slide 18 - Quiz

Kun je je de 5w's en de h nog herinneren? Welke daarvan zijn vragende voornaamwoorden?
A
Wat, wie waarom
B
Wat, wie, waar
C
Wat, wie, hoe
D
Wat, wie

Slide 19 - Quiz

Ik begrijp het aanwijzend voornaamwoord
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Sondage