Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
De Eerste Wereldoorlog
Slide 1 - Diapositive
verheerlijking van het leger
race om de sterkste bewapening
liefde voor het eigen volk
Militarisme
Nationalisme
Wapenwedloop
Slide 2 - Question de remorquage
1914
1917
1918
1919
Rusland sluit wapenstilstand met Duitsland
Het Verdrag van Versailles wordt getekend
De Eerste Wereldoorlog is voorbij
De Eerste Wereldoorlog breekt uit
Slide 3 - Question de remorquage
Centralen
Neutraal
Geallieerden
Slide 4 - Question de remorquage
Wie kreeg de schuld van de Eerste Wereldoorlog?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Rusland
D
Turkije
Slide 5 - Quiz
Welke zinnen passen bij het Verdrag van Versailles?
Afspraken hoe je oorlog moet voeren
Begin van de Eerste Wereldoorlog
Een vredesverdrag
Duitsland mag geen (groot) leger meer hebben
In het jaar 1919
Tussen 1914-1918
Slide 6 - Question de remorquage
Keizer Wilhelm II
De Duitse keizer was bang om vervolgd te worden.
Hij vluchtte naar het neutrale Nederland. Hij overleed in 1941 in Doorn.
Slide 7 - Diapositive
Welke twee staten vielen na de Eerste Wereldoorlog uiteen?
A
Oostenrijk en Rusland
B
Ottomaanse rijk en Sovjet-Unie
C
Oostenrijk en Ottomaanse rijk
D
Joegoslavie en Tsjecho-Slowakije
Slide 8 - Quiz
JUIST
ONJUIST
Communisten waren socialisten die grondige veranderingen wilden.
Communisten waren gematigde socialisten die kleine veranderingen wilden.
Radicale socialisten noemden zich communisten.
Radicale socialisten waren voor kleine veranderingen.
Slide 9 - Question de remorquage
Lenin
Stalin
Slide 10 - Question de remorquage
Waar staat AVRO voor?
A
Algemene Video Recorder Opname
B
Altijd Vrije Reken Opdrachten
C
Algemene Vereniging Radio Omroep
D
Algemene Veiligheid Rust Onderneming
Slide 11 - Quiz
Waarom werden de jaren '20 de 'Roaring Twenties' genoemd?
A
Er werd veel gedanst
B
Er werd veel gerookt
C
Het was een levendige tijd
D
Kopen op afbetaling kwam opzetten
Slide 12 - Quiz
Met de 'drooglegging' in de jaren '20 wordt bedoeld:
A
In Amerika mag je geen alcohol meer kopen en verkopen
B
In Amerika worden meren droog gelegd.
C
In Amerika wordt de import van alcohol verboden
D
Alcohol drinken is alleen voor 40+ in Amerika
Slide 13 - Quiz
Hoe konden de 'Roaring twenties' ontstaan?
De lopende band zorgde voor goedkopere producten.
Daardoor kunnen lonen stijgen
Stijging zorgt voor koopkracht
Koopkracht zorgt voor meer vraag naar producten
De lopende band is een systeem in een fabriek, waarbij de producten in wording op een band langs de werknemers (tegenwoording robots) worden geleid). Door Henry Ford werd dit idee geoptimaliseerd. Hiernaast zie je een foto uit de Ford fabriek rond 1920.
Slide 14 - Diapositive
Henry Ford
Slide 15 - Diapositive
In 1929...
A
was de economische crisis
B
kwam Hitler aan de macht
C
viel Hitler Polen binnen
D
werd Hitler gearresteerd.
Slide 16 - Quiz
De dag dat de Amerikaanse economie in elkaar stort noemen we
A
desastreuze zaterdag
B
blauwe maandag
C
zwarte donderdag
D
rauwe dinsdag
Slide 17 - Quiz
Beurskrach, 1929
Ook bekend als 'zwarte donderdag'. De twijfel op de Amerikaanse markt zorgde voor een grote economische crisis.
Slide 18 - Diapositive
wie is Benito Mussolini?
A
een Italiaanse generaal
B
de fascistische dictator van Italië
C
een verslag gever
D
een Italiaanse SS'er
Slide 19 - Quiz
Welk kenmerk hadden de nazi's en de fascisten niet ?