Woordenschat 1.1: onbekende woorden begrijpen

Nederlands
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands

Slide 1 - Diapositive

Woordenschat
1.1 Onbekende woorden begrijpen

Slide 2 - Diapositive

Als we een woord niet kennen, kunnen we op zoek gaan naar een synoniem in de tekst.

Wat is een synoniem?
timer
1:00

Slide 3 - Question ouverte

Weet je de betekenis van een belangrijk woord in een tekst niet? 

Soms kun je de betekenis afleiden uit de tekst.

Gebruik daarvoor deze tips:

  • Kijk of er een synoniem in de tekst staat: een ander woord dat ongeveer hetzelfde betekent.
  • Lees de alinea waarin het woord staat helemaal. Soms geeft de schrijver een omschrijving of uitleg.
  • Zoek voorbeelden.
  • Kijk of er een tegenstelling in de tekst staat: als je het tegenovergestelde woord kent, dan kun je de betekenis hieruit afleiden.
  • Staat er een afbeelding bij de tekst? Illustraties kunnen soms ook helpen om de betekenis van een woord te vinden.

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld tekst

Slide 5 - Diapositive

Kijken en luisteren
Examen Lezen en Luisteren: ongeveer de helft bestaat uit vragen die horen bij teksten en de andere helft bestaat uit vragen die horen bij kijkfragmenten.

(welke opdrachten? Ik raad de examenopdrachten aan). 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Welk tekstdoel heeft het filmpje over de appie-app?
A
instructief
B
overtuigend
C
informerend
D
amuserend

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Waarom spreekt de arts hier van tragedie?
A
Omdat er een patiënt is overleden
B
De patiënt had langer geleefd als hij gezond was
C
De arts mist zijn I-pod
D
Er worden teveel fouten gemaakt.

Slide 10 - Quiz

Afronding
  • Dit was de laatste les van periode 2. 
  • Wat moet je doen voor je studiepunt? De digitale toets: domeintoets Lezen 2F versie A. 
  • Ik zal in de gele week de studiepunten invoeren. 

Nog vragen? Blijf dan hangen. En anders: tot de volgende keer!

Slide 11 - Diapositive