P1.2 GZ basisjaar GMK

Wat betekent een bijwerking?
A
bedoelt effect van een geneesmiddel
B
onbedoeld effect van een geneesmiddel
C
actief effect van een geneesmiddel
D
werking die erbij komt
1 / 10
suivant
Slide 1: Quiz

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Wat betekent een bijwerking?
A
bedoelt effect van een geneesmiddel
B
onbedoeld effect van een geneesmiddel
C
actief effect van een geneesmiddel
D
werking die erbij komt

Slide 1 - Quiz

wat zijn veelvoorkomende bijwerkingen
A
misselijkheid, diarree, hoofdpijn, duizeligheid
B
huiduitslag
C
droge mond, hoesten
D
veel plassen

Slide 2 - Quiz

waar worden bijwerkingen gemeld?
A
Ladder.nl
B
Kans.nl
C
Knmp.nl
D
Lareb.nl

Slide 3 - Quiz

Noem een symptoom van een allergische reactie?
A
Huiduitslag
B
Maagpijn
C
Hoofdpijn
D
Duizeligheid

Slide 4 - Quiz

Welke geneesmiddelen zijn NSAID's?
A
Paracetamol, Aspirine
B
Morfine, Oxycodon
C
Tramadol, Fentanyl
D
Diclofenac, Ibuprofen

Slide 5 - Quiz

Wat is er aan de hand bij nociceptieve pijn?
A
Weefselschade
B
Jeuk

Slide 6 - Quiz

Wat is er aan de hand bij neuropatische pijn?
A
Zenuwpijn
B
Hoofdpijn

Slide 7 - Quiz

Bij welke pijnstillers voeg je een maagbeschermer toe?
A
Opiaten
B
Nsaid's

Slide 8 - Quiz

Bij welke pijnstiller voeg je een laxans toe?
A
Paracetamol
B
Morfine

Slide 9 - Quiz


A

Slide 10 - Quiz