weekwoorden week 4

weekwoorden week 4
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

weekwoorden week 4

Slide 1 - Diapositive

Op welke klankgroep ligt de klemtoon in het volgende woord:
proberen
Tip: een stomme e heeft nooit een klemtoon
A
pro
B
be
C
ren

Slide 2 - Quiz

Op welke klankgroep ligt de klemtoon in het volgende woord:
puzzelen
A
pu
B
zze
C
len

Slide 3 - Quiz

Op welke klankgroep ligt de klemtoon in het volgende woord:
herkennen
A
her
B
ke
C
nnen

Slide 4 - Quiz

Op welke klankgroep ligt de klemtoon in het volgende woord:
veroveren
A
ver
B
o
C
ve
D
ren

Slide 5 - Quiz

Op welke klankgroep ligt de klemtoon in het volgende woord:
reageren
A
re
B
a
C
ge
D
ren

Slide 6 - Quiz

sterke werkwoorden
werkwoorden zijn sterk als ze van klank veranderen in de verleden tijd. 
Klankveranderende werkwoorden
Bijvoorbeeld: wij lopen - wij liepen

Slide 7 - Diapositive

welk werkwoord is een sterk werkwoord?
A
herkennen
B
betalen
C
klinken
D
reageren

Slide 8 - Quiz

welk werkwoord is een sterk werkwoord?
A
veroveren
B
tegenkomen
C
knipogen
D
roeien

Slide 9 - Quiz

Schrijf een sterk werkwoord op. Doe het zo:
wij lopen - wij liepen

Slide 10 - Question ouverte

Zwakke werkwoorden
Dit zijn woorden die niet veranderen van klank in de verleden tijd.
Bijvoorbeeld:
wij rennen - wij renden

Slide 11 - Diapositive

Welk werkwoord is een zwak werkwoord?
A
klinken
B
blazen
C
verbieden
D
betalen

Slide 12 - Quiz

Noem een zwak werkwoord.
(verandert niet van klank in de verleden tijd)
Doe het zo: wij betalen - wij betaalden

Slide 13 - Question ouverte

Kijk in je boek blz. 63
werkwoordschema antwoorden


Slide 14 - Diapositive

Vul het schema in voor de volgende werkwoorden:
puzzelen, beheersen, betalen, watertanden, likkebaarden, knipogen
Maak bij 1, 2, 4 en 5 de ik-vorm geel. 

Slide 15 - Diapositive