Evenredigheden
1 / 13
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Trainen voor een voetbalmatch en de doelpunten die je kan scoren in de volgende wedstrijd
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 2 - Quiz
De hoeveelheid voeder nodig om kippen te voeren en het aantal kippen
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 3 - Quiz
Aantal kinderen in de auto en de tijd die nodig is om naar school te geraken.
A
recht evenredig (RE)
B
omgekeerd evenredig (OE)
C
niet evenredig (NE)
Slide 4 - Quiz
Het aantal werklieden en de tijd die ze nodig hebben om een werk uit te voeren.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 5 - Quiz
De afmetingen op een stadsplan en de afmetingen in werkelijkheid
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 6 - Quiz
De lengte van een persoon en de schoenmaat van die persoon.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 7 - Quiz
Het brandstofverbruik van een auto en het aantal km dat afgelegd wordt met een volle tank.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 8 - Quiz
Het aantal kg aardappelen die men koopt en het te betalen per bedrag
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 9 - Quiz
De prijs van 1 L benzine en het aantal liter dat je voor 35 euro tankt.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 10 - Quiz
De straal van een cirkel en de omtrek van een cirkel
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 11 - Quiz
De oppervlakte van een muur en de hoeveelheid verf die nodig is om een muur te beschilderen.
A
RE
B
OE
C
NE
Slide 12 - Quiz
De tijd die je besteedt voor je toets wiskunde en het aantal punten op 10.
A
RE
B
OE
C
NE
