Week 11 - Word sneltoetsen

• Mediawijsheid
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Sneltoetsen

Ken jij ze?

Hoe maak je tekst dikgedrukt?

1. Ctrl A
2. Ctrl U
3. Ctrl B
4. Ctrl C

Ctrl U gebruik je voor?

1. Je tekst vet te maken
2. Je tekst te markeren (kleur geven)
3. Je tekst schuin te maken
4. Je tekst te onderstrepen

Met welke knoppen KOPIEER je een tekst?

1. Ctrl C
2. Ctrl B
3. Ctrl V
4. Ctrl A

Met welke knoppen PLAK je een tekst?

1. Ctrl C
2. Ctrl B
3. Ctrl V
4. Ctrl A

Ctrl I gebruik je voor?

1. Je tekst vet te maken
2. Je tekst te markeren (tekst kleur te geven)
3. Je tekst schuin te maken
4. Je tekst te onderstrepen

F7 gebruik je voor?

1. Je tekst vet te maken
2. Je tekst op spelling te controleren
3. Je tekst schuin te maken
4. Je tekst te onderstrepen

CTRL X gebruik je voor?

1. Tekst Knippen
2. Tekst Kopiëren
3. Tekst Plakken
4. Tekst Selecteren

Met welke knoppen maak je het €-teken?

1. Shift 5
2. Ctrl 5
3. Ctrl ALT 5
4. Shift 4

Ctrl P gebruik je voor

1. Schuin
2. Zoeken
3. Vet
4. Printen

Ongedaan maken

1. CTRL + Z
2. CTRL + T
3. CTRL + O
4. Je moet het gewoon zelf aanpassen.