Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Zinsdelen
Zinsdelen
1 / 34
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Cette leçon contient
34 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Zinsdelen
Slide 1 - Diapositive
Wat jullie al (bijna altijd)kunnen:
De tijd van een zin veranderen (vt, tt)
Het getal/aantal in de zin veranderen (ev, mv)
De persoonsvorm vinden
Het onderwerp vinden
Slide 2 - Diapositive
We gaan de vraag over de zinsdeelproef herkansen
Deze les: oefenen met zinsdeelstrepen zetten.
Slide 3 - Diapositive
Wat is de eerste stap bij het ontleden van een zin?
Slide 4 - Question ouverte
Stap 1: de persoonsvorm zoeken
Tijdproef: Verander de tijd in de zin (vt, tt)
Het woord dat verandert is de persoonsvorm.
De hond
sluipt
door het bos samen met zijn baasje.
> De hond
sloop
door het bos samen met zijn baasje.
Slide 5 - Diapositive
Stap 2: zet een streep direct voor en
achter de pv
De hond |
sluipt
| door het bos samen met zijn baasje.
Slide 6 - Diapositive
Wat weet je nu over de woorden voor de persoonsvorm?
Slide 7 - Question ouverte
Regel: Voor de pv is maar plek voor één zinsdeel.
(De pv staat dus dan altijd op de tweede plek in een zin in het Nederlands.)
De hond |
sluipt
| door het bos samen met zijn baasje.
één zinsdeel
Slide 8 - Diapositive
Stap 3: verander de volgorde van de zin. Kijk welke woorden je samen voor de pv kunt zetten.
Er is maar plek voor 1 zinsdeel op die plek.
Slide 9 - Diapositive
De hond | sluipt | door het bos samen met zijn baasje.
Door het bos | sluipt | de hond | samen met zijn baasje.
Samen met zijn baasje | sluipt | de hond | door het bos.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Stappenplan zinsdeelproef
1
Onderstreep de pv.
Mandy
wacht
op haar moeder.
2
Zet voor en achter de pv zinsdeelstrepen.
Mandy |
wacht
| op haar moeder.
3
Verander de volgorde van de zin: kijk welke woorden je samen voor de pv kunt zetten.
Op haar moeder
wacht
Mandy.
4 Ga daar mee door tot je alle zinsdelen hebt gevonden.
Slide 12 - Diapositive
Het document telde inclusief de inhoudsopgave veertig pagina's.
Twee jaar lang verdacht hij deze man van diefstal.
Het jongetje lachte na een paar minuten gelukkig weer.
In deze kas leren kinderen over het planten van hun eigen voedsel.
De vakantie in het westen en het noorden van Ierland was fantastisch.
Slide 13 - Diapositive
Het document |
telde
| inclusief de inhoudsopgave | veertig pagina's.
Slide 14 - Diapositive
Het document |
telde
| inclusief de inhoudsopgave | veertig pagina's.
Twee jaar lang |
verdacht
| hij | deze man | van diefstal.
Slide 15 - Diapositive
Het document |
telde
| inclusief de inhoudsopgave | veertig pagina's.
Twee jaar lang |
verdacht
| hij | deze man | van diefstal.
Het jongetje |
lachte
| na een paar minuten | gelukkig | weer.
Slide 16 - Diapositive
Het document |
telde
| inclusief de inhoudsopgave | veertig pagina's.
Twee jaar lang |
verdacht
| hij | deze man | van diefstal.
Het jongetje |
lachte
| na een paar minuten | gelukkig | weer.
In deze kas |
leren
| kinderen | over het planten van hun eigen voedsel.
Slide 17 - Diapositive
Het document |
telde
| inclusief de inhoudsopgave | veertig pagina's.
Twee jaar lang |
verdacht
| hij | deze man | van diefstal.
Het jongetje |
lachte
| na een paar minuten | gelukkig | weer.
In deze kas |
leren
| kinderen | over het planten van hun eigen voedsel.
De vakantie in het westen en het noorden van Ierland |
was
| fantastisch.
Slide 18 - Diapositive
Vandaag:
Ontleden van zinnen:
1. persoonsvorm
2. werkwoordelijk gezegde
3. onderwerp
4. lijdend voorwerp
5. meewerkend voorwep
6. bijwoordelijk bepaling
Slide 19 - Diapositive
Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
Elke vrijdagavond hang ik lekker op de bank
A
ik
B
hang
C
op de bank
D
elke vrijdagavond
Slide 20 - Quiz
Wat is de persoonsvorm in de volgende zin:
Sturen jullie ook altijd verjaardagskaarten?
A
jullie
B
verjaardagskaarten
C
Sturen
D
altijd
Slide 21 - Quiz
Wat is in de onderstaande zin het gezegde?
Het publiek moest lang op de huldiging wachten.
A
moest
B
wachten
C
moest wachten
D
de huldiging
Slide 22 - Quiz
Wat is het gezegde in de onderstaande zin?
De komende jaren zal de temperatuur stijgen.
A
zal
B
stijgen
C
zal gaan stijgen
D
zal stijgen
Slide 23 - Quiz
Wat is het onderwerp in de volgende zin:
Hebben Anouk en Wendy de opdracht nog niet gemaakt?
A
Anouk en Wendy
B
Hebben
C
de opdracht
D
gemaakt
Slide 24 - Quiz
Wat is het onderwerp in de volgende zin:
Gisteravond hebben veel mensen naar het nieuwe programma gekeken.
A
gisteravond
B
hebben
C
gekeken
D
veel mensen
Slide 25 - Quiz
Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin:
Gisteravond hebben mijn zus en ik een appeltaart gemaakt.
A
gisteravond
B
mijn zus en ik
C
gemaakt
D
een appeltaart
Slide 26 - Quiz
Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin:
Onder de tafel heeft mijn vader een cadeautje verstopt voor mijn neefje
A
onder de tafel
B
mijn vader
C
een cadeautje
D
voor mijn neefje
Slide 27 - Quiz
Wat is het meewerkend voorwerp in de volgende zin:
De kassière geeft aan de vriendelijke klant de spaarzegels.
A
de spaarzegels
B
aan de vriendelijke klant
C
de vriendelijke klant
D
de kassière
Slide 28 - Quiz
Wat is het meewerkend voorwerp in de volgende zin:
Volgende week ga ik voor mijn vrienden een zak snoep kopen
A
volgende week
B
een zak snoep
C
ga kopen
D
voor mijn vrienden
Slide 29 - Quiz
Wat is het bijwoordelijke bepaling in de volgende zin:
De tuinman geeft de pas geplante bloemen water met een gieter
A
met een gieter
B
geeft
C
de tuinman
D
de pas geplante bloemen
Slide 30 - Quiz
Wat is het bijwoordelijke bepaling in de volgende zin:
Tussen de bomen hangt de kleurrijke hangmat.
A
de kleurrijke hangmat
B
hangt
C
tussen de bomen
D
is er niet
Slide 31 - Quiz
Zet in zinsdelen:
Dit weekend gaan we naar de Efteling
A
Dit weekend/ gaan/ we/naar/ de Efteling
B
Dit/weekend/ gaan/we/naar/de Efteling
C
Dit weekend/gaan/we/naar de Efteling
D
Dit weekend gaan/we/naar de Efteling
Slide 32 - Quiz
Oefenen:
- Cursus grammatica 2, les 2 (andere lessen zijn facultatief)
- Cursus grammatica 1, les 1, les 5 (andere lessen zijn facultatief)
- Werkwoordspellingsapp (Plot), niveau 1 en 2
- Toolbox werkwoordspelling 1 en 2
- Extra oefenen via CambiumNed
Slide 33 - Diapositive
create.kahoot.it
Slide 34 - Lien
Plus de leçons comme celle-ci
12 Herhaling zinsdeelproef
Août 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1,3
13 - 1VMA - Inhalen zinsdeelproef - start schrijven
Octobre 2021
- Leçon avec
27 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
Zinsdelen
Octobre 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
zinsdelen
Février 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 1
H1L19 - Grammatica 1.8 - maandag (zinsdeelstrepen)
Octobre 2022
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
1.8 Spelling
Septembre 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
1 - Vakbegeleiding Nederlands
Août 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-4
Zinsdeelstrepen
Mai 2023
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1