Thema A, par 5: activerend schrijven

Welkom!
Pak je leesboek.
Verder vandaag:
Bespreken huiswerk
Start paragraaf 5 Thema A 
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom!
Pak je leesboek.
Verder vandaag:
Bespreken huiswerk
Start paragraaf 5 Thema A 

Slide 1 - Diapositive

Paragraaf 4
Tekstdoelen en meningen

Slide 2 - Diapositive

Welke tekstdoelen zijn er ook alweer?

Slide 3 - Diapositive

Tekstdoelen
  • Informeren
  • Overtuigen
  • Activeren
  • Amuseren
  • Instrueren

Slide 4 - Diapositive

Bespreken huiswerk
Opdracht 4 en 5 op bladzijde 116. 

Slide 5 - Diapositive

Paragraaf 5
Activerend schrijven

Slide 6 - Diapositive

Activerend schrijven
Als je in een tekst iemand wil overhalen om iets te doen, schrijf je activerend. Je gebruikt dan korte zinnen, versterkende woorden en uitroeptekens. 

- Het zou fijn zijn als u allemaal stopt met het mishandelen van dieren.
- Stop het dierenleed! 

Slide 7 - Diapositive

Versterkende woorden
Versterkende woorden zijn vaak bijvoeglijke naamwoorden (mooi, fantastisch, groot) die de uitspraak mooier, leuker of juist erger maken:

- Kom naar de open dag van Broklede.
- Kom naar de fantastische open dag van onze geweldige school! 

Slide 8 - Diapositive

Pak een blaadje en een pen
Herschrijf de volgende zinnen activerend:

  • Het is belangrijk dat je je warm aankleedt als het buiten vriest.
  • Misschien zou je eens gezond moeten eten.
  • Wil je misschien naar ons feest komen?

timer
3:00

Slide 9 - Diapositive

Aan de slag
Open je boek op bladzijde 120.

Maak opdracht 1 en 2 van paragraaf 5.

Slide 10 - Diapositive