Eenvoudige zin - Inversie - introductie

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Eenvoudige zin:
inversie - introductie

Begrijp jij er iets van?

??

Doel

• Ik weet de volgorde van een zin met inversie

   

Zinsvolgorde:
Instructie inversie: tijd vooraan

Morgen ga ik naar school.

1e plaats :  tijd                 --> rest tijd               --> morgen
2e plaats:  werkwoord  --> het doe-woord --> ga
3e plaats:  onderwerp  -->  wie of wat         --> ik
4e plaats:  plaats           -->  rest plaats         --> naar school

Zinsvolgorde:
Instructie inversie: plaats vooraan

In de keuken kookt zij vanavond.

1e plaats :  plaats            --> rest plaats         --> In de keuken
2e plaats:  werkwoord  --> het doe-woord --> kookt
3e plaats:  onderwerp  -->  wie of wat         --> zij
4e plaats:  tijd                 -->  rest tijd              --> vanavond

Zinsvolgorde:
Instructie inversie: manier vooraan

Met de auto gaat hij naar Den Haag.

1e plaats :  manier         --> rest manier        --> Met de auto
2e plaats:  werkwoord  --> het doe-woord --> gaat
3e plaats:  onderwerp  -->  wie of wat         --> hij
4e plaats:  plaats           -->  rest plaats         --> naar Den Haag

Inversie....
Wat staat op de 1e plaats?
Er zijn meerdere antwoorden.

1. werkwoord
2. onderwerp = wie of wat
3. plaats
4. tijd

Inversie
Wat staat op de 2e plaats?

1. werkwoord
2. onderwerp = wie of wat
3. plaats
4. tijd

Inversie
Wat staat op de 3e plaats?

1. werkwoord
2. onderwerp = wie of wat
3. plaats
4. tijd

GEWONE ZIN Geef antwoord op de vragen.
Sleep de woordgroepen naar de goede plek.

Hoe ga jij naar school?

Wanneer gaat hij  naar het strand?

ga

met de fiets

Ik

naar school

gaat

in mijn bed

de fiets

hij

volgende week

naar het strand

in Den Haag

de auto

INVERSIE Geef antwoord op de vragen.
Sleep de woordgroepen naar de goede plek.

Hoe ga jij naar school?

Wanneer gaat hij  naar het strand?

ga

met de fiets

ik

naar school

gaat

in mijn bed

de fiets

hij

volgende week

naar het strand

in Den Haag

de auto

GEWONE ZIN. Geef antwoord op de vragen.
Sleep de woordgroepen naar de goede plek.

Hoe laat gaat zij naar bed?

Hoe ga jij naar Den Haag?

ga

om 7 uur

Ik

zij

gaat

in mijn bed

met de auto

naar bed

volgende week

naar Den Haag

in Den Haag

de auto

INVERSIE. Geef antwoord op de vragen.
Sleep de woordgroepen naar de goede plek.

Hoe laat gaat zij naar bed?

Hoe ga jij naar Den Haag?

ga

om 7 uur

Ik

zij

gaat

in mijn bed

met de auto

naar bed

volgende week

naar Den Haag

in Den Haag

de auto

groot

klein

wit

zwart