Kennisdeling groepsvorming

• Welzijn
• HBO
• Studiejaar 4

Kennisdeling groepsvorming

Wat gaan we doen: 

• Onderzoek groepsvorming eerste jaar studenten
• Leerdoelen
• Voorkennis
• Groepsvorming
• Wat neem je mee
• Afsluiting

Onderzoek

Waarom

Nieuwsgierig naar het hoe

Onderzoek

Wie

• SLB docenten in groepsvorming
  
• Eerste jaar studenten hoe ervaren deze de groep
• Vakdocenten hoe ervaren deze de eerste jaar groepen
  

     Uitkomst

• Studieloop baanbegeleider veel tijd praktische zaken
  
• Studenten ervaren geen groep
  
• SLB (vakdocenten) studenten merendeel onrustig
  

Aanbevelingen

• Studieochtend 
  
• Groepsvorming opdrachten aan de leerlijn SLB toevoegen
  
• Groepsplannen
  
• Tijd 
  

Leerdoelen

Na deze :

• heb je kennis opgedaan van de verschillen in groepsvormen 
  
• heb je kennis verkregen van de fasen in de groepsvorming
  
• inzicht verkregen waarom het belangrijk is een groep te vormen

Wat is een groep

Kies een groep waar je bij hoort.
Wat betekent het voor je om bij deze groep te horen?

groepen

Soorten groepen

• Primaire groep:  familie, vrienden. (gevoelsband) 
• Secundaire groep:  bv. sport, klas, werk. (gemeenschappelijk doel). 
• Formele groep: niet zelf samengesteld. (geen invloed op regels). Bv. een organisatie
• Informele groep: ontstaat spontaan en is niet verplicht. bv. vriendschappen 
• Homogene groep: Bestaat uit mensen met gelijke kenmerken bv hetzelfde niveau, eenzelfde interesse, eenzelfde moeder taal
• Hetrogene groep: De  individuele kenmerken verschillen , versterken ondersteunen, uitdagen

Wat is de basisbehoefte van een mens als het gaat om groepen?

Drie basisbehoeften

• Relatie: jezelf mogen zijn, gevoel dat anderen je waarderen
  
• Competentie: geloof in het eigen kunnen
  
• Autonomie: je kan iets zonder hulp van anderen
  

Fase van groepsvorming

• Forming: kennismaken
  
• Norming: normen, wat is gewenst en wat niet
  
• Storming: verkrijgen van positie
  
• Performing: rust en plezier
  
• Adjourning: afscheid nemen van elkaar
  

Forming

• De mensen kennen elkaar niet.
  
• Er is geen verbondenheid.
  
• De aandacht is vooral gericht op de docent
• In deze fase zal de docent zijn autoriteit moeten neerzetten en de   autoriteit uitstralen 

Groepsvorming: Wat doe jij als docent als je voor het eerst met een nieuwe groep eerste jaars studenten in aanraking

Hoe geef je de relatie met een studenten onderling bewust vorm?

Storming

• Fase van conflict en chaos.
  
• Verschillen, Irritaties en conflicten komen aan de oppervlakte. 
• Streeft zijn eigen standpunten en belangen na.
  
• Meer ik-gevoel dan wij-gevoel.
  
• Sommige groepsrollen worden duidelijk.
  

Hoe zou jij dit aanpakken?

Norming: hoe creër jij een veilig groepsklimaat

Norming

• De groepsnormen zijn duidelijk 
• Studenten acepteren hun groepsrol.
  
• Samenwerking komt op gang
• Studenten worden zich er van bewust dat men elkaar  nodig heeft.
  

Veilig groepsklimaat

• Geef  persoonlijke aandacht. Dit kun je zowel verbaal als non-verbaal doen
• Bied elke student de ruimte om zijn mening te geven of om juist niets te zeggen.
• Treed zo nodig corrigerend op bij storend gedrag. Zij zullen elkaar niet snel corrigeren, maar kunnen zich wel aan elkaar gaan ergeren.
• Observeer en maak problemen in de groep bespreekbaar.
• Grijp in als ruzie ontstaat tussen studenten. Een conflict heeft een negatief effect op de sfeer.
• Bied groepen structuur, 
• Inspraak in de gang van zaken.(Gezamenlijke regels) 

Performing

• Geen individuen maar een groep
• Grote betrokkenheid bij elkaar .
  
• Open communicatie, uitspreken van gevoel en het geven van feedback.
  
• Een goed functionerende groep.
• Conflicten worden snel opgelost

Adjourning

Afscheid van de groep

Reflecteren afgelopen periode

Waarom is het belangrijk om de fasen van een groepsproces te herkennen?

een groep

Functies: 

Basisbehoefte van de student om ergens bij te horen. Belangrijk voor je identiteit ontwikkeling en het wij gevoel. 

Doelen: 

          Taakdoel: een gezamenlijke taak die de groep wil vervullen MBO beroepsopleiding

          Sfeerdoel: hoe men met elkaar omgaan, samenwerken (bewust en onbewust) 

Sfeer en taakdoelen zijn met elkaar verbonden en beïnvloeden elkaar

Voordelen: 

          Voordelen:  ontwikkeling identiteit, geeft gevoel ergens bij te horen, leerklimaat, veilig voelen, 

Wat is belangrijk voor de docent

• Vertrouwensband creëren
  
• Gezamenlijke groepsregels opstellen
  
• Duidelijkheid
  
• Respect
  
• Waarden normen
  
• Geduld hebben
  
• Oog houden voor de student
  

Belangrijk voor de student

• Leiding/Begrenzing nodig
• Structuur
  
• Aandacht
• Veiligheid
  
• Komt tot leren
• Vrijheid/loslaten

Wat neem je uit deze kennisdeling mee

Helikopterview niveau 4

het gezin / de woning

Vrienden / werk / dagbesteding

de maatschappij

Micro

Meso

Macro

Groepskarakteristieken 

Groepskarakteristieken bepalen het karakter van de groep. 

• Groepscultuur: bestaat uit normen en waarden. (formele en informele groepen)
• Groepssocialisatie:  eigen maken van de groepscultuur
• Groepsdruk: Iedereen wil ergens bij horen. Negatief en positief
• Groepscohesie: een groep die een geheel vormt. Iedereen krijgt voldoende ruimte om zichzelf te zijn, taken en verantwoordelijkheden zijn eerlijk verdeeld. 
• Groepsrollen, activelingen/leiders, sfeermakers, meelopers, dwarsliggers, zondebokken