Thema 8 Hobby's

Benoem woorden die te maken met hobby's.

Hoofdstuk 1 Moeilijke woorden

De activiteit:

Wat er te doen is of waar je mee bezig bent.

Het concert:

Het muziekoptreden

Creatief

Goed zijn in het maken of verzinnen van nieuwe dingen

Het evenment:

Een gebeurtenis voor een groot publiek

De hobby

Dat wat je graag in jouw vrije tijd doet

De interesse

Dat wat je leuk vindt en waar je meer over wilt weten

Ontspannen:

Heet rustig zijn en je prettig voelen

Het plezier:

Iets leuk vinden

Het talent

Als je iets jezelf goed kunt

De tijdsbesteding

Hoe je jouw tijd doorbrengt

Uitgaan:

Ergens voor jouw plezier heengaan

De vereniging:

Een groep van mensen die samen iets willen doen/bereiken

De voldoening:

Het tevreden gevoel dat je over iets hebt

ZIch vermaken:

Plezier hebben

Zich vervelen:

Nergens zin in hebben of niet weten wat je wilt doen.

Geef een zin waarin je het woord:
Zich Vervelen benoemt.

Geef een zin waarin je het woord:
Tijdsbesteding benoemt

Geef een zin waarin het woord:
Talent benoemt

Geef een zin waarin je het woord:
Evenement benoemt.

Wat betekent:
Buiten je boekje gaan

1. Heel hard lachen
2. Je niet kunnen beheersen door enorme woede
3. Dat gaat niet gebeuren
4. Dingen doen die je niet mag doen

Wat betekent:
Dat feest gaat niet door

1. Dat gaat niet gebeuren
2. Dingen die je niet mag doen
3. Even rusten om daarna weer verder te gaan
4. Dat lijkt mij een goed idee

Wat betekent:
Dat klinkt mij als muziek in de oren

1. Heel hard moeten lachen
2. Dat gaat niet gebeuren
3. Even rusten om daarna weer verder te gaan
4. Dat lijkt mij een goed idee

Wat betekent:
De accu opladen

1. Je niet meer kunnen beheersen door enorme blijheid of woede
2. Dat gaat niet gebeuren
3. Even rusten om daarna weer verder te gaan
4. Dat gaat niet gebeuren

Wat betekent:
Uit je dak gaan

1. Heel hard moeten lachen
2. Je niet meer kunnen beheersen door enorme blijheid of woede
3. Dat gaat niet gebeuren
4. Even rusten

Wat betekent:
In een deuk liggen

1. Even rusten
2. Dat gaat niet gebeuren
3. Heel hard moeten lachen
4. Dat lijkt mij een goed idee

Wat hebben we gedaan?

- moeilijke woorden geleerd

- spreekwoorden geoefend

Wat ga je nu maken

Opdracht 2 blz 274

opdracht 4 blz 276

Opdracht 5 blz 277