4M examenidioom 27 sep

Wir üben Examenidioom!
K2 + S. 21, 22 und 23
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Wir üben Examenidioom!
K2 + S. 21, 22 und 23

Slide 1 - Diapositive

"Die Metzgerei" betekent...?
(Das Fleisch in dieser Metzgerei ist immer hervorragend.)
A
de slachter
B
de slagerij
C
het afhaalrestaurant
D
de snackbar

Slide 2 - Quiz

Wat betekent "verschütten"?
(Pass auf, dass du beim Einschenken kein Milch verschüttest)
A
morsen
B
opdrinken
C
weggooien
D
zuur laten worden

Slide 3 - Quiz

Wat betekent "der Berufsberater"?
(Weil ich nicht weiß, was ich später werden will, gehe ich zum Berufsberater)
A
het uitzendbureau
B
de beroepskeuze-adviseur
C
de beroepskeuze-test
D
de decaan

Slide 4 - Quiz

Wat betekent "abschalten"...?
(Wenn der Lehrer zu lange redet, schalten manche Schüler ab)

Slide 5 - Question ouverte

Wat betekent "der Imbiss"...?
(Neben dem Restaurant gab es auch einen kleinen Imbiss)

Slide 6 - Question ouverte

"würzen" betekent "kruiden"
(Scharf gewüztes Essen schmeckt mir nicht)
JA
NEE

Slide 7 - Sondage

buchstabieren
schwatzen
pauken

Slide 8 - Question de remorquage

Wat betekent "der Nachtisch"...?
(Zum Nachtisch möchte ich Ihnen den Obstsalat empfehlen)

Slide 9 - Question ouverte

Wat betekent "beeinträchtigen"...?
(Wärme beeinträchtigt die Qualität des Gemüses)

Slide 10 - Question ouverte

Wat betekent "verzehren"...?
(Sie hatte so großen Hunger, dass sie 3 Hamburger verzehrte)

A
weggooien
B
vreten
C
bereiden
D
opeten

Slide 11 - Quiz

Wat betekent "sämtliche"...?
(Der Kandidat wusste auf sämtliche Fragen die Antwort)
A
sommige
B
alle
C
meerdere
D
weinig

Slide 12 - Quiz