Toets hoofdstuk 4
De vraag naar vliegreizen is niet afhankelijk van ............
timer
0:30
A
De stand van de economie
B
globalisering.
C
de prijs van vliegreizen.
D
het aantal vliegtuigmaatschappijen.
1 / 12
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
De vraag naar vliegreizen is niet afhankelijk van ............
timer
0:30
A
De stand van de economie
B
globalisering.
C
de prijs van vliegreizen.
D
het aantal vliegtuigmaatschappijen.
Slide 1 - Quiz
De aanbodlijn is meestal (1) omdat bij een prijsstijging (2) producten worden aangeboden
timer
0:30
A
(1) stijgend (2) meer
B
(1) stijgend (2) minder
C
(1) dalend (2) meer
D
(1) dalend (2) minder
Slide 2 - Quiz
Door welke van de volgende veranderingen verschuift de vraaglijn van Coca cola niet?
timer
0:30
A
Het inkomen van consumenten stijgt
B
De prijs van Pepsi cola daalt
C
De prijs van Coca cola stijgt
D
De behoefte aan cola daalt
Slide 3 - Quiz
Als het aantal kopers van wasmachines toeneemt, verschuift de vraaglijn van wasmachines
timer
0:30
A
naar rechts
B
naar links
C
niet
Slide 4 - Quiz
De vraaglijn is door een bepaalde gebeurtenis naar links verschoven. Dit kan veroorzaakt zijn door:
timer
0:30
A
Een stijging van de prijs van dit goed
B
een daling van het gezinsinkomen
C
een daling van de grondstofprijzen
D
een verlaging van de inkomstenbelasting
Slide 5 - Quiz
Het producenten surplus van 1 producent
timer
0:30
A
De prijs die de producent ontvangt voor het product
B
De waarde van alle producten die hij kan verkopen
C
De P die betaald wordt min de P die hij minimaal wil ontvangen
D
De waarde van de opofferingskosten
Slide 6 - Quiz
De vraaglijn is meestal (1) omdat bij een prijsstijging (2) producten worden verkocht
timer
0:30
A
(1) stijgend (2) meer
B
(1) stijgend (2) minder
C
(1) dalend (2) meer
D
(1) dalend (2) minder
Slide 7 - Quiz
De aanbodlijn is door een gebeurtenis naar rechts verschoven. Dit kan komen door
timer
0:30
A
De komst van nieuwe aanbieders
B
Het faillissement van een aantal aanbieders
C
Een stijging van de olieprijs waardoor het product duurder wordt
D
Een stijging van de loonkosten die wordt doorberekend in de P
Slide 8 - Quiz
Gegeven: Qv=-2P+72
Qa=0,5P-3
Evenwichtsprijs?
Qa=0,5P-3
Evenwichtsprijs?
timer
2:00
Slide 9 - Question ouverte
Gegeven: Qv=-2P+72
Qa=0,5P-3
Evenwichtshoeveelheid?
Qa=0,5P-3
Evenwichtshoeveelheid?
timer
2:00
Slide 10 - Question ouverte
Een downloadversie van een album is (1) de winkelversie
timer
0:30
A
complementair aan
B
substitueerbaar voor
Slide 11 - Quiz
De collectieve vraagfunctie van vulpennen in een land is in een jaar:
Qv = -200P + 4.000
Qv is de gevraagde hoeveelheid in duizenden stuks per jaar.
P is de gemiddelde prijs van een vulpen in euro's.
In dat jaar is de gemiddelde prijs van een vulpen € 12,50.
Bereken de omzet van de vulpennen
Qv = -200P + 4.000
Qv is de gevraagde hoeveelheid in duizenden stuks per jaar.
P is de gemiddelde prijs van een vulpen in euro's.
In dat jaar is de gemiddelde prijs van een vulpen € 12,50.
Bereken de omzet van de vulpennen
timer
2:00
