Introduction to English - 17

• Engels
• MBO
• Studiejaar 1

Introduction to English, Kim de Laaf OP4

last time....?

Last time June 2nd

• DIY last week: chapter 3 writing
  
• Together: Recap CH2 Grammar & spelling
  
• Hoe geef je een bevel of instructie?
  
• Test jezelf grammatica 2

Kahoot America

Kahoot England

Today June 16th

• DIY: @planning Chapter lessons: Chapter 4: spoken production + spoken interaction
  
• Together: quick recap CH1 ?
• Together: Letters aan het eind van een woord, Leestekens
• Test yourself CH3 20 min 

Kahoot America

Kahoot England

Taalblokken

- 0-meting R+L staat op dashboard (click SWEPVO).

- Je 0-meting resultaat laat zien wat je mag overslaan op de leerroute voor reading & listening. 

- Je R&L leerroute maak je zelf buiten de lessen om.
- De chapter lessons W+S maak je buiten de lessen om.

- Tijdens de lessen maken we samen grammatica opdrachten.
- De test yourself+ assessments maak je zelf/ plan je bij mij in.
- Gemiste online grammar lessen maak je zelf/ kijk je terug; 'Teams-> posts'
- Questions?

TO DO:

• Leerroute R+L afmaken: 
  Daniël, Aisha, Rodrigo, Shavelly,  Stefana, Ceon, Melissa
• R+L assessments: 
  Daniel reading, Aicha, Madiha, Shavelly, Ceon, Melissa
• A2 Chapter lessons 1-3 Spoken interaction, Spoken production, writing:
  Everyone except Iris & Barbara. Shout out to you girls!

My brother works at the kindergarten.

1. Present perfect
2. Present continuous
3. Present simple
4. Past simple

Hele werkwoord/ SHIT; ww+s

He is working there right now.

1. Present simple
2. Present continuous
3. Present perfect
4. Past simple

Something is happening right now. (action)

I went to work yesterday.

1. past perfect
2. present perfect
3. past simple
4. present continuous

Regelmatige ww krijgen -ed achter het ww: I walked.
klinker + -y > -ed: He played.
medeklinker +-y > -ied: She studied
Korte klank woorden krijgen dubbele medeklinker: grab > grabbed.

I have lived here since 2017.

1. past perfect
2. present perfect
3. past simple
4. present continuous

Iets is in het verleden gebeurd en is nogsteeds merkbaar.
Je maakt het door t.t. van 'have' of 'has' (SHIT) voor het werkwoord te zetten en het werkwoord in de verleden tijd. 
I have worked.
She has worked. 

Ontkennend maken:
They go to work every day.

Hij kan net zo snel rennen als zij.

Die Mercedes is mooi, de Range rover is mooier maar de Porsche is het mooist.

Vul de juiste vorm van de adverb in:
They have been married (gelukkig).

Welke woorden zijn bijwoorden? (adverbs)
They hardly ever miss an opportunity to visit their favourite festival.

Adverbs:

zeggen iets over werkwoorden, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord:

- That is a very nice book.

*Geven vaak antwoord op de vraag 'hoe wordt iets gedaan?'

Op welke plaats in de zin?

Wie (ow) -doet(ww) -wat/wie(lijdend/mw voorwerp) - waar(plaats) -wanneer(tijd)

Hoe maak je een vraag?

What are you doing?

Can I help you?

Do you live in London?

Chapter 3 

• Hoofdletters
• Test yourself CH3

Next time: June 23rd

+ DIY: Chapter 5: writing

+Together Leerroute GS:

CH4: telwoorden + moeilijke woorden 
FIX YOUR HOMEWORK GUYS 

- If you have any / language / culture-related topics you would like to talk about, let me know :D