Unit 6 Les 1 Nature

1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Tuesday, 28 May 2024

Slide 2 - Diapositive

Lesson plan
Unit 6.1: Nature, page 98
  • Planning
  • Get started, page 99/102
  • Vocabulary 6.1, page 104
  • Grammar Adverbs of frequency (Bijwoord van de tijd)
  • Homework

Slide 3 - Diapositive

Planning
  • 31 May -  PTA Vlog
  • 18 June-PTA VOCAB TEST Unit 1- 6
  • 20 June - PTA Skills Test Unit 5+6
  • Herkansing -  24 t/m 28 June 


Slide 4 - Diapositive

My goal - our goals
Aan het einde van deze les...
... heb je geoefend de "words Lesson 6.1" 
... heb je geoefend met het lezen 
... heb je geoefend de Bijwoorden van de tijd


Slide 5 - Diapositive

Nature
Have you ever been to a foreign country? In or outside Europe?

Do you think there are places on Earth which remain unexplored?  page 99


Slide 6 - Diapositive

Words 6.1, page 104

Slide 7 - Diapositive

timer
5:00

Slide 8 - Diapositive


Peak
A
Piek
B
Hoogtepunt
C
Top
D
Peer

Slide 9 - Quiz


Steep
A
Diep
B
Heel ver
C
Steil
D
Stoep

Slide 10 - Quiz


Creature
A
Creatief
B
Karikatuur
C
Creatie
D
Wezen

Slide 11 - Quiz


Depth
A
Diep
B
Diepte
C
Duiken
D
Enorm

Slide 12 - Quiz

Vul de werkwoordsvormen van 'to quit' in.

A
Quit-Quitted-Quit
B
Quit-Quitted-Quitted
C
Quit-Quit-Quitted
D
Quit-Quit-Quit

Slide 13 - Quiz

Reading
"The most unexplored places in the world"


Slide 14 - Diapositive

Reading
"The most unexplored places in the world", page 103-104


Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo


Bijwoorden van tijd

Slide 17 - Diapositive

1. Always
2. Never
3. Often
4. Sometimes
5. Usually
Vaak 
Gewoonlijk
Nooit
Altijd
Soms

Slide 18 - Question de remorquage

Adverbs of frequency / Bijwoorden van tijd
Adverbs of frequency

Slide 19 - Diapositive

Bijwoorden van tijd /adverbs
  • Bijwoorden zijn: always, never, usually, often, still, seldom, sometimes 
  •  Deze bijwoorden geven aan hoe vaak iets gebeurt.


For example:
Sue always wears jeans.
My dog has never attacked me.

Slide 20 - Diapositive

Position of the adverbs
  • Vóór het hoofdwerkwoord:
School always starts at 8.30pm.
I never sing in public.

  • na een vorm van to be: am, are, is, was, were:
There is always something to see.
His jokes are sometimes boring.

  • in de present perfect na have, has:
I have never seen this.
She has often broken her leg.


Slide 21 - Diapositive

Waar komt het bijwoord 'never' te staan?
1. He 1 has 2 been 3 to France.
A
1
B
2
C
3

Slide 22 - Quiz

Waar komt het bijwoord 'often' te staan?
2. We 1 laugh 2 at their jokes.
A
1
B
2

Slide 23 - Quiz

Waar komt het bijwoord 'sometimes' te staan?
3. My dad 1 is 2 angry with me.
A
1
B
2

Slide 24 - Quiz

Waar komt het bijwoord 'usually' te staan?
4. We 1 meet 2 at my place.
A
1
B
2

Slide 25 - Quiz

Waar komt het bijwoord 'always' te staan?
5. You 1 are 2 busy.
A
1
B
2

Slide 26 - Quiz

Let's practise
Do: 

Unit 6 - Lesson 1 - 
 exc. 10 page 108/109 


Slide 27 - Diapositive

Let's practise
Unit 6.1

Make:   Exc. 4 t/m 8 en 10  page 104-107 en 108/109

Slide 28 - Diapositive

Unit 6.1

  • Ken jij de woorden van les 6.1?

Slide 29 - Diapositive

Unit 6, Lesson 1
Unit 6.1 
Leren: Words 6.1, page 104

Make: Exc. 4 t/m 8 en 10 page 104-107 en 108/109

 

Slide 30 - Diapositive