Palliatieve ziorg

Palliatieve zorg 
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Palliatieve zorg 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen 
Na deze les ... 
  • ... weet je wat palliatieve zorg  en palliatieve terminale zorg is
  • ... kun je benoemen wat het doel is van palliatieve zorg
  • ... ken je de zorgtaken binnen palliatieve zorg 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is voor jou kwaliteit van leven?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over palliatieve zorg

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het doel van palliatieve zorg?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel palliatieve zorg 
Een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven te realiseren, 
door te voorkomen en verlichten van lijden. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Palliatieve zorg is gericht op?
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
voorbereiden op een operatie

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke kwaliteiten heb je nodig als verzorgende in de palliatieve zorg?

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kunnen verpleegkundige taken bij palliatieve zorg zijn?

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Zorg- en begeleidingstaken 
  • Signalerende taken 
  • Uitvoerende taken 
  • Coördinerende taken 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt oog voor: 
Autonomie
Toegang tot informatie
Keuzemogelijkheden

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Palliatieve zorg begint als het moment van sterven dichterbij komt?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Palliatieve zorg heeft ook betrekking op de naasten van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kwaliteit van leven is ook afhankelijk van de normen en waarden van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Palliatieve zorg is gericht op het vergroten van de autonomie van de zorgvrager
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als verzorgende in de terminale zorg hoor je op de hoogte te zijn van gewoontes rond sterven in de meest voorkomende religies
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met terminale zorgvragers moet je zo min mogelijk praten over pijn
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

terminale zorg is gericht op
A
zo lang mogelijk blijven leven
B
kwaliteit van sterven
C
kwaliteit van leven
D
stervensbegeleiding

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen terminale zorg en palliatieve zorg?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het verschil:
Terminale zorg is gericht op de kwaliteit van sterven.
Palliatieve zorg is gericht op de kwaliteit van leven.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waar staat palliatieve sedatie voor?
A
verhogen van bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt
B
om kwaliteit van sterven te verbeteren
C
om kwaliteit van leven te verbeteren
D
verlagen van het bewustzijn zodat de zorgvrager zo min mogelijk lijdt

Slide 25 - Quiz

in de volgende dia krijg je uitleg van een arts over palliatieve sedatie
de fase van palliatieve zorg zijn:
A
ziektegericht; symptoomgericht; palliatie in de stervensfase en nazorg
B
ziektegericht; palliatie in de stervensfase; symptoomgericht en nazorg

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

het ziekteverloop in de palliatieve zorg bij iemand met hartfalen is:
A
korte periode van plotseling snelle achteruitgang
B
geleidelijke achteruitgang met tussentijdse ernstige episodes
C
langdurig geleidelijke achteruitgang

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

5 sterfstijlen
sociale
onbevangene
rationele
pro actieve
vertrouwde

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wat doe je als verzorgende als iemand overlijdt.
- ogen dicht,
 mond dicht
- arts
- familie bellen
- dossier sluiten
- melding maken (receptie & medebewoners)
- afspraken met familie (afleggen & opbaren)
- motoarium of uitvaartbedrijf
- nieuwe bewoner regelen

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

wat neem je van deze les mee?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions