Week 2.6 - Reading

Good morning
Good morning
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Good morning
Good morning

Slide 1 - Diapositive

Mediafile
Film al gekeken?
Boekopdracht al gemaakt?

Inleveren via Magister.me!

Slide 2 - Diapositive

Reading
Waar hebben we het tot zover over gehad?
  • Tekstsoorten
  • Tekstdoelen
  • Leesstrategieën

Slide 3 - Diapositive

Wat is het signaalwoord?
It was raining, so I had to wear a raincoat.

Slide 4 - Question ouverte

Noem verschillende
tekstsoorten

Slide 5 - Carte mentale

Noem de 5 tekstdoelen

Slide 6 - Question ouverte

Wat is globaal lezen?
A
Naar plaatjes kijken, kopjes lezen, eerste en laatste zin lezen
B
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
C
Specifieke informatie in de tekst zoeken
D
De tekst zorgvuldig lezen

Slide 7 - Quiz

Wat is zoekend lezen?
A
Naar plaatjes kijken, kopjes lezen, eerste en laatste zin lezen
B
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
C
Specifieke informatie in de tekst zoeken
D
De tekst zorgvuldig lezen

Slide 8 - Quiz

Wat is verkennend lezen?
A
Naar plaatjes kijken, kopjes lezen, eerste en laatste zin lezen
B
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
C
Specifieke informatie in de tekst zoeken
D
De tekst zorgvuldig lezen

Slide 9 - Quiz

Wat is studerend lezen?
A
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
B
Specifieke informatie in de tekst zoeken
C
De tekst zorgvuldig lezen
D
De tekst meerdere keren zorgvuldig lezen

Slide 10 - Quiz

Wat is intensief lezen?
A
Een tekst vlot doorlezen, niet woord voor woord
B
Specifieke informatie in de tekst zoeken
C
De tekst zorgvuldig lezen
D
De tekst meerdere keren zorgvuldig lezen

Slide 11 - Quiz

Noem de 5 tekstverbanden

Slide 12 - Question ouverte

I thought he was a nice guy, but he turned out to be very mean.
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld
D
Conclusie

Slide 13 - Quiz

Wat is het signaalwoord?
I thought he was a nice guy, but he turned out to be very mean.

Slide 14 - Question ouverte

It was raining, so I had to wear a raincoat.
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld
D
Conclusie

Slide 15 - Quiz

Wat is het signaalwoord?
It was raining, so I had to wear a raincoat.

Slide 16 - Question ouverte

First he fixed the car battery, then he fixed the windscreen wipers.
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld
D
Conclusie

Slide 17 - Quiz

Wat zijn de signaalwoorden? (2x)
First he fixed the car battery, then he fixed the windscreen wipers.

Slide 18 - Question ouverte

I wish I had a better car, like a Lamborghini Murcielago or a Ford F150.
A
Oorzaak/Gevolg
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld
D
Conclusie

Slide 19 - Quiz

Wat is het signaalwoord?
I wish I had a better car, like a Lamborghini or a Ford.

Slide 20 - Question ouverte

Because I had a flat tire, I had to take the bus.
A
Oorzaak/Gevolg
B
Tegenstelling
C
Voorbeeld
D
Conclusie

Slide 21 - Quiz

Wat is het signaalwoord?
Because I had a flat tire, I had to take the bus.

Slide 22 - Question ouverte

Reading
Ga zelfstandig aan de slag met de opdrachten in Library.


Slide 23 - Diapositive