2.3 De groei van het christendom

De groei van het christendom


tijdvak 2 Grieken en Romeinen
3000 v.Chr - 500 n.Chr.
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

De groei van het christendom


tijdvak 2 Grieken en Romeinen
3000 v.Chr - 500 n.Chr.

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt aangeven waarin het jodendom en het christendom zich onderscheidden van de meeste andere religies in de Oudheid.
  • Je kunt uitleggen wanneer en waardoor het christendom uit het jodendom ontstond.
  • Je kunt de groei van christendom beschrijven en verklaren.

Slide 2 - Diapositive

Polytheïsme

  • De Romeinen hadden een polytheïstische godsdienst, ze hadden meerdere (poly) goden
  • Tolerant t.o.v. geloven van veroverde volken, Romeinen namen zelfs die goden op in hun eigen geloof.

  • Wél belangrijk:  veroverde volken moesten óók offeren aan de Romeinse goden, anders zouden de Goden wraak nemen

Slide 3 - Diapositive

Monotheïsme
  • Jodendom was monotheïstisch en ontstond ong 2000 v.Chr
  • Joden geloven dat zij met God een speciale band hadden, die wordt beschreven in hun heilige boeken.
  • Joden leefden in diaspora (verspreid over meerdere landen), nadat ze als slaven waren weggevoerd uit Palestina.
  • Joden bleven, door de eigen rituelen, herkenbaar als aparte groep, 

Slide 4 - Diapositive

Een redder voor het joodse volk
  • Joden geloven in een messias, iemand die de joden zou bevrijden van hun overheersing.
  • Ten tijde van keizer Augustus leefde in Palestina, Jezus van Nazareth, door velen gezien als nieuwe messias.
  • Het leven van Jezus wordt, na zijn dood, beschreven in de evangeliën. 
  • Belangrijke onderdelen: liefde, verdraagzaamheid en opkomen voor de armen en zwakkeren. 

Slide 5 - Diapositive

Een redder voor het joodse volk
  • Jezus wordt de "zoon van God" genoemd, mense beschrijvenwonderen die Jezus verricht

  • Joodse elite voelde zich bedreigd door Jezus. Jezus, zou op voorspraak van joodse priesters, gekruisigd zijn door de Romeinse gouverneur.


  • Maar het aantal mensen dat geloofde in ideeën van Jezus bleef groeien. Ze noemden zichzelf christenen.

Slide 6 - Diapositive

0

Slide 7 - Vidéo

De eerste christenen
  • Eerste eeuw - vooral armen en slaven voelen zich aangetrokken tot het christendom, want je kan in de hemel komen door goed te leven, en niet door te offeren.
  • Tweede eeuw - christendom beter georganiseerd en ook verspreid onder de rijken.

  • Gevolg - christendom groeide nog meer

Slide 8 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt aangeven waarin het jodendom en het christendom zich onderscheidden van de meeste andere religies in de Oudheid.
  • Je kunt uitleggen wanneer en waardoor het christendom uit het jodendom ontstond.
  • Je kunt de groei van christendom beschrijven en verklaren.

Slide 9 - Diapositive

zelf aan het werk


vaardigheid continuïteit en verandering

Slide 10 - Diapositive

Continuïteit en verandering
Continuïteit - wat alsmaar hetzelfde blijft
Een antwoord bij continuïteit bestaat uit 2 delen, 
  • herhaal (een deel van) de vraag en 
  • legt uit wat er hetzelfde blijft
Verandering - discontinuïteit
Een antwoord bij een vraag over verandering bestaat uit 4 delen, 
  • herhaal (een deel van) de vraag, 
  • beschrijf hoe de situatie was in de eerste periode, 
  • beschrijf hoe de situatie was in de tweede periode en  
  • eindig met een verklaring voor de verandering

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Leerdoelen
  • Je kunt de oorzaken en gevolgen noemen van het besluit om het christendom tot staatsgodsdienst te maken.
  • Je kunt uitleggen door welke ontwikkelingen het West- Romeinse rijk ophield te bestaan.

Slide 13 - Diapositive

Christenvervolgingen
  • Christenen offerden niet aan de Romeinse goden. Hierdoor worden ze aangewezen als zondebok 
  • Vaak werd er streng opgetreden tegen christenen, in de tweede eeuw bleef het strafbaar om christen te zijn, maar werden ze niet vervolgd.
  • In de derde eeuw ging het slechter met het Romeinse Rijk en werden de christenen opnieuw vervolgd.

Slide 14 - Diapositive

Christenvervolgingen




  • Ondanks de vervolgingen werden/bleven mensen christelijk.

  • De vervolgingen zorgde er voor dat de christenen standvastiger werden; ze waren bereid om te sterven voor hun geloof.
  • De martelaren waren juist een voorbeeld voor anderen.

Slide 15 - Diapositive

Heilige Sebastiaan -  Sebastiaan was soldaat in het Romeinse leger, maar bekeerde zich stiekem tot het christendom. De Romeinse keizer ontdekt dit en laat Sebastiaan doorboren door pijlen

Slide 16 - Diapositive

De Heilige Barbara, werd door haar vader opgesloten om haar te beschermen tegen alle jongens die naar haar hand dongen. Vader laat zelfs een eigen badhuis voor haar bouwen. Barbara heeft zich stiekem bekeerd tot het christendom. Vader is woest en onthoofd eigen dochter. Vader wordt door God gestraft en getroffen door de bliksem

Slide 17 - Diapositive

Het christendom wordt staatsgodsdienst.



  • De Romeinen splitste hun rijk (in 285n.Chr.) op in 2 delen (oostelijk en westelijk gedeelte). Dit als poging om de crisis op te lossen.
  • Elk gedeelte had zijn eigen keizer, al snel krijgen de keizers ruzie met elkaar. In 312 won Constantijn en gaf christenen dezelfde rechten als andere godsdiensten.

Slide 18 - Diapositive

Het christendom wordt staatsgodsdienst



  • Constantijn gebruikte het christendom vooral om eenheid te krijgen in zijn rijk.


  • In 391 werd het christendom de staatsgodsdienst, vanaf toen werd het vereren van de Romeinse goden verboden.

Slide 19 - Diapositive

Van Oudheid naar Middeleeuwen

  • Het Oost- Romeinse Rijk was beter georganiseeerd en kon zich beter verdedigen tegen aanvallen van buitenaf. Dit rijk (= Byzantijse Rijk) zou blijven bestaan tot 1453.
  •  Vijfde eeuw = einde West- Romeinse Rijk . Oorzaak hiervoor zijn de volksverhuizingen. Volkeren uit Azië en Oost- Europa zorgden voor onveiligheid in de Romeinse grensstreken. Germaanse volken trokken hierdoor verder het Romeinse Rijk in.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Van Oudheid naar Middeleeuwen

  • In het Romeinse leger werden Germanen steeds belangrijker
  • Deze Germanen waren geromaniseerd, maar stichtten ook steeds vaker eigen koninkrijkjes binnen het Rijk. Zo was het Romeinse Rijk al flink veranderd, ook op economisch gebied.
  • Door de toenemende onveiligheid was er minder handel, steden krompen en de bevolking trok naar het platteland.
  • 476 - Einde Romeinse Rijk, begin middeleeuwen.

Slide 23 - Diapositive

Welke beweringen over het ontstaan van het christendom zijn goed en welke zijn fout?
Goed
Fout
Joden en Romeinen zagen Jezus als onruststoker en gevaar.
Vooral rijke Romeinen waren in het geheim aanhangers van het christendom.
Het christendom is een monotheïstische godsdienst. 
Jezus vertelde dat iedereen in de ogen van zijn god gelijk waren.

Slide 24 - Question de remorquage

Welke uitspraak over de verspreiding van het christelijke geloof ten tijde van het Romeinse Rijk is NIET waar?
A
De Romeinen maakten zich in eerste instantie niet zo druk om de nieuwe christelijke religie
B
De Romeinen zorgden met hun harde aanpak ongewild voor meer saamhorigheid onder de christenen
C
Een goede organisatie van de kerk zorgde voor onderlinge eenheid onder de christenen
D
Ten tijde van keizer Constantijn waren de christenvervolgingen op een hoogtepunt

Slide 25 - Quiz

Welke gebeurtenis had een grote invloed op de val van het Romeinse Rijk?
A
misoogsten
B
christenvervolgingen
C
Slechte koningen
D
Volksverhuizingen

Slide 26 - Quiz

Koppel de beschrijving aan het juiste begrip.
De Bijbel
Christendom
Palestina
Vervolgingen
Jezus - kruisiging
is een landstreek in het Midden-Oosten waar het christendom ontstaan is.
 is het heilige boek van de christenen
Christenen zijn door de Romeinen streng gestrafd, omdat ze weigerden de goden van de Romeinen te aanbidden.
is een geloof dat in het Romeinse Rijk ontstond uit het jodendom. Het christendom volgt de leer van Jezus.
Jezus werd omstreeks 30 n.Chr. door de Romeinen veroordeeld

Slide 27 - Question de remorquage

1.
2.
3.
4.
5.
 Augustus wordt de eerste keizer van het Romeinse Rijk
Germaanse volken beginnen het rijk binnen te vallen
Keizer Constantijn staat het Christendom toe in het Romeinse Rijk
Rome begint met veroveringen
Jezus Christus wordt gekruisigd

Slide 28 - Question de remorquage

Leerdoelen
  • Je kunt de oorzaken en gevolgen noemen van het besluit om het christendom tot staatsgodsdienst te maken.
  • Je kunt uitleggen door welke ontwikkelingen het West- Romeinse rijk ophield te bestaan.

Slide 29 - Diapositive

zelf aan het werk
maak samenvatting §2.3
maak opdr. 8
vaardigheid oorzaak en gevolg

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo