bacterie, virus, afweersysteem

Bacterie, virus, afweersysteem
Doelen
Ik kan uitleggen wat een bacterie is.
Ik kan uitleggen wat een virus is.
Ik weet hoe een bacterie en virus zich vermenigvuldigen.
Ik weet wat aspecifieke afweer is en ken 3 voorbeelden.
Ik kan uitleggen hoe specifieke afweer werkt.

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
PathologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Bacterie, virus, afweersysteem
Doelen
Ik kan uitleggen wat een bacterie is.
Ik kan uitleggen wat een virus is.
Ik weet hoe een bacterie en virus zich vermenigvuldigen.
Ik weet wat aspecifieke afweer is en ken 3 voorbeelden.
Ik kan uitleggen hoe specifieke afweer werkt.

Slide 1 - Diapositive

Wat is een bacterie?

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

Een bacterie heeft:
A
Een omsloten celkern.
B
Losliggend DNA.

Slide 4 - Quiz

Een bacterie kan:
A
Zichzelf delen en zo vermenigvuldigen.
B
Zich alleen met hulp van een gastheer vermenigvuldigen.

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Een virus kan:
A
Zichzelf delen en zo vermenigvuldigen.
B
Zich alleen met hulp van een gastheer vermenigvuldigen.

Slide 8 - Quiz

Een virus bevat:
A
DNA in een celkern.
B
RNA in een celkern.
C
Los DNA.
D
Los RNA.

Slide 9 - Quiz

Hoe werkt je afweersysteem?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

Noem 3 vormen van aspecifieke afweer.

Slide 12 - Carte mentale

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat zijn antilichamen of antistoffen?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Diapositive

aspecifieke afweer
specifieke afweer
antilichaam
antigen
Kenmerkend eiwit in de wand van een cel.
Eiwit dat zich bindt aan ziekteverwekker.
huid
maagzuur
fagocytose
geheugen cellen

Slide 17 - Question de remorquage

Slide 18 - Diapositive

Als je griep hebt gehad krijg je dat meestal in dezelfde winter niet nog een keer. Dat komt omdat:

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

kunstmatige actieve immuniteit krijg je door
A
borstvoeding
B
toedienen antilichamen
C
vaccinatie
D
ziekte doormaken

Slide 21 - Quiz

natuurlijke actieve immuniteit krijg je door
A
borstvoeding
B
toedienen antilichamen
C
vaccinatie
D
ziekte doormaken

Slide 22 - Quiz

natuurlijke passieve immuniteit krijg je door
A
borstvoeding
B
toedienen antilichamen
C
vaccinatie
D
ziekte doormaken

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

kunstmatige passieve immuniteit krijg je door
A
borstvoeding
B
toedienen antilichamen
C
vaccinatie
D
ziekte doormaken

Slide 25 - Quiz