Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Praktische profieloriëntatie
Kennismaken met Economie en Ondernemen
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Huiswerk bespreken
Instructie Theorie
Aan de slag
Slide 2 - Diapositive
Maken Deel Secretarieel: taak 4
Taak 2: Opdracht 6 klaar
Huiswerk 17 oktober
Slide 3 - Diapositive
Dit zit er in je mapje:
Taak 2) Opdracht 3: Uitnodiging
Taak 2) Opdracht 6a: E-mail reservering ruimte
6b: Foto's vergaderopstelling
6c: Evaluatie
Slide 4 - Diapositive
blz 17) Opdracht 6: Zaalopstelling
Plan deze voor in de MFR.
Maak er een foto van.
Schrijf een evaluatie. Minimaal 5 zinnen.
(Wat heb je geleerd, waar moest je rekening mee houden, enz.)
Slide 5 - Diapositive
Doel Secretarieel taak 5
Kennen:
Je weet hoe je informatie moet geven.
Kunnen:
Je verstuurt een e-mail.
Slide 6 - Diapositive
Representatief
Je wilt een goede indruk maken als bedrijf of als instelling. Als organisatie wil je graag trots zijn op je presentatie, op de manier waarop je overkomt.
Gastvrij: de bezoekers voelen zich op hun gemak en welkom. Bij gastvrijheid hoort dat je je klanten een beetje verwent.
.
Slide 7 - Diapositive
Volgorde brief / e-mail
Aanhef
Inleiding
Kern
Slot
Slide 8 - Diapositive
Schriftelijk verslag maken
Lees de opdracht goed door:
Maak de titelpagina met daarop:
Na de titelpagina komt de inhoudsopgave.
Maak een inleiding. Deze vormt het eerste hoofdstuk van je verslag:
Maak de kern. Dit zijn de hoofdstukken van je verslag. Hierin beschrijf je bijvoorbeeld je ervaring in een bepaalde situatie. Of de uitkomsten van een interview, een enquête of een onderzoek.
Maak een slot. Hiermee sluit je je verslag af: je geeft een conclusie. Soms geef je ook je eigen mening.
Kijk je verslag na op deze punten:
Pas je verslag zo nodig aan.
.
Bepaal of je het verslag alleen maakt of met klasgenoten.
Bepaal het onderwerp van je verslag.
Bedenk een titel die past bij het onderwerp van het verslag. Zorg ervoor dat de titel zo goed mogelijk het onderwerp beschrijft.
de titel van je verslag
eventueel een afbeelding die past bij het verslag
je naam en de namen van je klasgenoten als je samenwerkt
de datum.
Beschrijf kort waarover je verslag gaat en waarom je dit verslag maakt.
Verwijs naar de andere hoofdstukken in je verslag.
Let op! Als je een kort verslag schrijft, maak je geen aparte hoofdstukken maar gebruik je subkopjes.
Controleer of er geen type- of spelfouten in je verslag staan.
Controleer of de structuur duidelijk is. Dat doe je door: -kopjes en subkopjes te gebruiken -alinea's te gebruiken -een goede regelafstand te gebruiken -een goed leesbaar lettertype te kiezen.
Voeg afbeeldingen toe die de inhoud van je verslag verhelderen.
Slide 9 - Diapositive
Taak 5 Opdracht 3
Een e-mail versturen
Je mag deze ook typen en printen en in je mapje stoppen