De SBAR methodiek in de zorg

De SBAR methodiek in de zorg

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat de SBAR methodiek inhoudt en hoe je deze kunt toepassen.

Benadruk het belang van de SBAR methodiek in de zorg en hoe het kan helpen bij het communiceren van belangrijke informatie.

Wat weet jij al over de SBAR methodiek in de zorg?

Wat is de SBAR methodiek?

De SBAR methodiek is een gestructureerde manier van communiceren in de zorg en staat voor Situation, Background, Assessment en Recommendation.

Leg uit wat elke letter van de afkorting betekent en geef voorbeelden van situaties waar de SBAR methodiek nuttig kan zijn.

Situatie

Beschrijf kort de huidige situatie van de patiënt. Wat is er aan de hand?

Laat de studenten een situatie bedenken en deze in de SBAR structuur verwoorden.

Achtergrond

Geef een korte samenvatting van de medische geschiedenis van de patiënt en relevante informatie die van belang kan zijn voor de huidige situatie.

Laat de studenten een voorbeeld geven van achtergrondinformatie die belangrijk kan zijn bij het communiceren met andere zorgverleners.

Beoordeling

Geef een beoordeling van de huidige situatie en wat dit betekent voor de patiënt.

Bespreek met de studenten hoe ze een beoordeling kunnen maken en wat ze in hun beoordeling moeten opnemen.

Aanbeveling

Geef aan wat je aanbeveelt voor de patiënt. Wat moet er gebeuren?

Laat de studenten een voorbeeld geven van een aanbeveling die ze zouden geven in een bepaalde situatie.

Oefenen met de SBAR methodiek

Laat de studenten in kleine groepjes oefenen met het toepassen van de SBAR methodiek op verschillende zorgsituaties.

Verdeel de studenten in groepjes en geef ze verschillende zorgsituaties om te oefenen. Loop rond en geef feedback waar nodig.

Toepassen in de praktijk

Laat de studenten nadenken over hoe ze de SBAR methodiek kunnen toepassen in hun eigen praktijk.

Discussieer met de studenten hoe ze de SBAR methodiek kunnen integreren in hun eigen werk en hoe het kan helpen bij het verbeteren van de communicatie in de zorg.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.