rattaplannen met pien

rattaplannen met pien
dit is een quiz eerst 5 oefenvragen
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 3,4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

rattaplannen met pien
dit is een quiz eerst 5 oefenvragen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is 'boei' een aai, ooi of oei woord?
A
oei woord
B
ooi woord
C
aai woord
D
geen van bovenstaande

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is 'kooi' een aai, ooi of oei woord?
A
geen van bovenstaande
B
aai woord
C
oei woord
D
ooi woord

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is 'raai' een aai, ooi of oei woord?
A
oei woord
B
aai woord
C
geen van bovenstaande
D
ooi woord

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is 'meeuw' een aai, ooi of oei woord?
A
oei woord
B
ooi woord
C
aai woord
D
geen van bovenstaande

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

-aai / -ooi / -oei
Hij vond dat schilderij heel erg m…

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Typ een woord aai-ooi-oei woord

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke regel hoort bij het
aai-ooi-oei-woord?
Begin de zin met: Ik hoor een ... maar schrijf een ...

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Categorie 6: aai-ooi-oei-woord.
Ik hoor de /j/, maar ik schrijf de i.
Noem eens 5 mooie woorden.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Bron video.

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

verzin aai ooi oei woorden

Slide 13 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke klank komt niet voor in deze woorden?
A
ei
B
oo
C
oi
D
aa

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke van deze woorden is geen aai-ooi-oei woord?
A
boom
B
aai
C
oei
D
zooi

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een voorbeeld van een aai-ooi-oei woord?
A
aai
B
hond
C
oei
D
kat

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions