Les 1 - literatuur - De kunst van lezen en schrijven

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Doel van de les
  • Je leert dat er verschillende meningen bestaan over wat literatuur is
  • Je weet waardoor lezers teksten als literair beschouwen
  • Je kunt uitleggen wat jij een literair werk vindt

Slide 3 - Diapositive

Wat is literatuur?

Slide 4 - Carte mentale

Wat is literatuur?
  • In het hoofd van personages kruipen en anderen leren begrijpen
Wat is literatuur?

Slide 5 - Diapositive

Wie bepaalt wat
literatuur is?

Slide 6 - Carte mentale

Wie bepaalt wat literatuur is?
Schrijfster Simone van der Vlugt
Literaire prijzen

Slide 7 - Diapositive

Lezers van 400 boeken hebben aangegeven welke zij het 
meest literair vinden. Wat valt op aan deze top 10?
Analyse lijst

Slide 8 - Diapositive

Minst literair
Analyse
Redenen

Slide 9 - Diapositive

Wat maakt een
boek literair?

Slide 10 - Carte mentale

Wat maakt een boek literair?
  • Lange zinnen
  • Vooroordeel jegens vrouwelijke auteurs
  • Test fragment: tekst Jan Siebelink en Anna Enquist




Reden keuze literair
Uitslag test

Slide 11 - Diapositive

Werkfase
1. Pak een iPad
2. Ga naar lessonup.app. 
3. Log in met je gegevens. Weet je die niet, kom dan naar me toe.
4. Maak de vragen. Formuleer het antwoord in hele zinnen. De theorie staat in je handboek. 
Je kunt de vragen ook met pen en papier beantwoorden. De vragen staan op pagina 134-135 van je handboek. Het gaat om vraag 1a, 2a, 3a, 4a en 6a.
5. Je krijgt 30 minuten

timer
1:00

Slide 12 - Diapositive

Vind je dat je voor je lijst alles mag lezen of alleen boeken die als literatuur beschouwd worden?
Alle boeken mogen op de lijst
Alleen literaire boeken mogen op de lijst

Slide 13 - Sondage

Op pagina 130 van je handboek worden elf functies van literatuur onderscheiden. Welke zijn dit?

Slide 14 - Question ouverte

In het handboek op pagina 132 staat dat lezers een tekst heel verschillend kunnen interpreteren. Waardoor komt dat?

Slide 15 - Question ouverte

Welke vijf leesmanieren worden in het
handboek onderscheiden? (zie p. 132 handboek)


Slide 16 - Question ouverte

De Nederlandse onderwijspedagoog prof. dr. Gert Biesta stelt dat het onderwijs drie functies heeft namelijk: kwalificatie (je kwalificeren voor en bepaalde vervolgopleiding of het uitoefenen van een beroep); socialisatie (je voorbereiden op het lidmaatschap van een gemeenschap die bepaalde gewoonten kent en waar bepaalde warden en normen gelden; persoonsvorming (nadenken over de vraag wie je wil zijn en hoe je wil zijn).

Categoriseer de functies van literatuur naar de functies van het onderwijs. Zet achter de functies die je bij 1a hebt genoemd een K (kwalificatie), S (socialisatie) en / of P (persoonsvorming). De elf functies van literatuur zie je bij de uitleg.
Dit is vraag 4 uit je oefenboek, p. 134.

Slide 17 - Question ouverte

Ga naar vraag 5 in je oefenboek, p. 134.
Lees de tekst 'Waarom is literatuur nodig'? en beantwoord de vragen a, b en c.

Slide 18 - Question ouverte

Havo-leerlingen komen na het hbo vaak in beroepen terecht waarin ze goed moeten kunnen communiceren met allerlei mensen uit zowel de hogere als de lagere regionen van een bedrijf of instelling. Daarom hebben zij veel mensenkennis nodig, die ze kunnen krijgen door boeken te lezen.

Bespreek met een of meer klasgenoten of jullie het met deze opvatting volledig eens, gedeeltelijk eens of helemaal oneens zijn. Licht jullie antwoorden toe en noteer jullie argumenten voor en tegen.

Slide 19 - Question ouverte

Wat is literatuur?

Slide 20 - Question ouverte

Leg uit wat jij als een literair werk beschouwd.

Slide 21 - Question ouverte