Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 1
Stage en werk
Slide 1 - Diapositive
Les 1 18+ (geld)
Wat komt er binnen?
Wat gaat er uit?
Slide 2 - Diapositive
Welke bronnen van inkomsten heb jij?
Slide 3 - Carte mentale
Welke soorten kosten heb je?
Slide 4 - Carte mentale
Ik houd aan het eind van de maand geld over.
ja
nee
Slide 5 - Sondage
IN
inkomsten uit werk
toeslagen
studiefinanciering
evt. bijdrage van ouders
....
UIT
lesgeld
spullen voor school
zorgverzekering
huur
rijlessen
verzekeringen
abonnementen
......
Slide 6 - Diapositive
Opdracht
Maak een overzicht van je maandelijkse inkomsten en uitgaven:
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Aan het eind van deze les:
Kan ik:
schattend en precies rekenen met geld
geldbedragen op de juiste wijze afronden.
Bronnen waarin geld voorkomt aflezen en begrijpen.
Slide 9 - Diapositive
€ 1
€ 450.000
2K - 3K
€ 2,50
€ 500
€ 10
Slide 10 - Question de remorquage
Schattend rekenen
Schattend rekenen is rekenen met mooie, afgeronde getallen.
Bijvoorbeeld: van € 4,99 maak je € 5,00. Je schrijft € 4,99 ≈ € 5,00.
Soms is het handig om schattend te rekenen. Als je wilt weten of je wel genoeg geld bij je hebt, maak je eerst een schatting van het totaalbedrag.
1 latte macchiato kost € 3,89.
Jullie bestellen er 3. Hoeveel kost dat ongeveer?
Slide 11 - Diapositive
Veel geldbedragen worden verrekend via Tikkie, iDEAL of pinnen. Je betaalt dan gewoon het precieze bedrag.
Dit is anders bij contant afrekenen, bijvoorbeeld in de winkel of op de markt. Dan wordt afgerond op 5 of 10 cent.
Eindigt een bedrag op:
...,01 of ,02 → afronden op ,00 (bijvoorbeeld € 22,92 wordt € 22,90)
...,03 of ,04 → afronden op ,05 (€ 32,83 wordt € 32,85)
...,06 of ,07 → afronden op ,05 (€ 17,87 wordt € 17,85)
...,08 of ,09 → afronden op ,00 (€ 99,98 wordt € 100,00)
Slide 12 - Diapositive
Hoe rond je €1,32 af?
A
€1,31
B
€1,30
C
€1,35
D
€1,34
Slide 13 - Quiz
Wat is het afgeronde bedrag van €1,87?
A
€1,80
B
€1,75
C
€1,90
D
€1,85
Slide 14 - Quiz
Hoe rond je €2,43 af op 5 cent?
A
€2,40
B
€2,45
C
€2,30
D
€2,50
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Diapositive
Het eigen risico is het bedrag dat je zelf moet betalen aan zorgkosten ALS je zorg nodig hebt. Kies je bijvoorbeeld het standaard eigen risico, dan betaal je zelf de eerste € 385,- van je zorgkosten per jaar. Je overige zorgkosten worden vergoed. Je verwacht dat je je eigen risico komend jaar gaat gebruiken.
Je sluit de Studentenpolis GVZ af. Hoeveel euro betaal je per jaar?
A
(109,25 x 12) + (385 x 12)
B
109,25 + (385 : 12)
C
109,25 + 385
D
(109,25 x 12) + 385
Slide 17 - Quiz
Je hebt een proefles gedaan en het ging super! Je denkt snel je rijbewijs te halen en je kiest voor het masterpakket.