Omnia College klas 4 NE (spelling Engelse werkwoorden)

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

Engelse werkwoorden

Gebruik de NL spellingregels

(saven)

ik save

jij savet

hij savet

hij savede

wij saveden

t.t
Hij (saven) het document

1. savet
2. safet
3. savt
4. savedt

v.t.
Hij (saven) het document.

1. savete
2. savede
3. safete
4. safede

VD
Ze heeft gisteren voor het eerst (daten)

1. gedated
2. gedatetet
3. gedatet
4. gedeet

v.t.
Hij (designen)

1. designde
2. designte
3. designdde
4. designdte

t.t.
Hij (dumpen) zijn afval op de hoek.

1. dumped
2. dumpet
3. dumpdt
4. dumpt

v.t.
Zij (faken) dat ze ziek was.

1. fakede
2. fakete
3. faketete
4. feekte

t.t.
Ik (fitnessen) nooit.

1. fitness
2. fitnes
3. fitnest
4. fitnesst

VD
Hij heeft mij (whatsappen)

1. whatsappt
2. gewhatsappt
3. gewhatsapt
4. gewhatsapped

t.t.
Hij (recyclen) graag zijn lege flessen.

1. recycelt
2. recycledt
3. recyclet
4. recycledt

VD
Heb jij nog (netflixen)

1. genetflixet
2. genetflixed
3. genetflixdt
4. genetflixt