Hoofdstuk 8.3 de balans 18 januari

Welkom
Hoofdstuk 8.3
Let op: 8.2 slaan wij over
De balans
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom
Hoofdstuk 8.3
Let op: 8.2 slaan wij over
De balans

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan wij doen vandaag?
Uitleg
Opdrachten samen oefenen

Poster bespreken voor de leerlingen die een onvoldoende hadden.


Slide 2 - Diapositive

Je leert


Een vergelijking oplossen met een balans

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

8.3 De balans
Een balans blijft in evenwicht als je aan beide kanten hetzelfde erbij doet of eraf haalt.

Slide 6 - Diapositive

8.3 De balans
Een balans blijft in evenwicht als je aan beide kanten hetzelfde erbij doet of eraf haalt.

Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?

                                                

Slide 7 - Diapositive

8.3 De balans
Een balans blijft in evenwicht als je aan beide kanten hetzelfde erbij doet of eraf haalt.

Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?

Je kunt links en rechts 6 knikkers weghalen.
                                                

Slide 8 - Diapositive

8.3 De balans
Een balans blijft in evenwicht als je aan beide kanten hetzelfde erbij doet of eraf haalt.

Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?

Je houdt dan links 4 zakjes over
en rechts 8 knikkers                   

Slide 9 - Diapositive

8.3 De balans
Een balans blijft in evenwicht als je aan beide kanten hetzelfde erbij doet of eraf haalt.

Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?

In één zakje zitten dus twee knikkers.                                                

Slide 10 - Diapositive

8.3 De balans
Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?
Even op een rijtje...          
                               

Slide 11 - Diapositive

8.3 De balans
Hoeveel knikkers zitten er in één zakje?
Even op een rijtje...          
Links en rechts 6 knikkers weghalen, dan delen door 4, geeft 2 knikkers per zakje (dus a = 2)                                    

Slide 12 - Diapositive

Even oefenen...

Slide 13 - Diapositive


Hoeveel wegen drie stukken
kaas samen?

A
10 kg
B
15 kg
C
36 kg
D
96 kg

Slide 14 - Quiz


Hoeveel weegt één hele kaas?

A
10 kg
B
15 kg
C
12 kg
D
9 kg

Slide 15 - Quiz

Uitwerking
Je ziet links drie kazen en rechts
drie gewichten van 10 kilo met 
drie gewichten van 2 kilo.

Slide 16 - Diapositive

Uitwerking
Je ziet links drie kazen en rechts
drie gewichten van 10 kilo met 
drie gewichten van 2 kilo
In totaal is dat 3x10 + 3x2 = 30 + 6 = 36 kilo.

Slide 17 - Diapositive

Uitwerking
Je ziet links drie kazen en rechts
drie gewichten van 10 kilo met drie
gewichten van 2 kilo. 
In totaal is dat 3x10 + 3x2 = 30 + 6 = 36 kilo.
Deze balans is in formulevorm gelijk aan 3k = 36

Slide 18 - Diapositive

Uitwerking
Je ziet links drie kazen en rechts
drie gewichten van 10 kilo met drie
gewichten van 2 kilo. 
In totaal is dat 3x10 + 3x2 = 30 + 6 = 36 kilo.
Deze balans is in formulevorm gelijk aan 3k = 36
Delen door 3 geeft dan k = 36 :3 = 12 kilo

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Ik kan de balansmethode gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Einde les!
Let op; boek B meenemen elke les.

Aan de slag met je huiswerk voor vrijdag: maak paragraaf 8.3

timer
10:00

Slide 22 - Diapositive