1mha 15-11-2023 - H2 TV spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom bij Nederlands!

Todo:

• liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?
  

Op tafel heb je liggen:

• lesboek
• schrift
• pen
• laptop (dicht)

Wat gaan we deze les doen

Uitleg H2 TV (Taalverzorging) Spelling (blz. 58)

Maken huiswerk

Na deze lessen kun je

• woorden die op een -d of -t eindigen goed spellen.
• de ik-vorm van werkwoorden in de tegenwoordige tijd (tt) correct spellen.
• woorden met ei en ij goed spellen.

Doel

Spelling

woorden die eindigen op -d of -t

+

tegenwoordige tijd - ik vorm

(tt)

Maak het woord af.
Eindigt het op een -d of een -t?
olifan...

Maak het woord af.
Eindigt het op een -d of een -t?
koor...

Maak het woord af.
Eindigt het op een -d of een -t?
geleer..

Maak het woord af.
Eindigt het op een -d of een -t?
ein...

Maak het woord af.
Eindigt het op een -d of een -t?
star...

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord.
lopen

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord.
fietsen

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord.
bakken

Schrijf je -d of -t?

Woorden kunnen eindigen op een t-klank. Die t-klank schrijf je: 

- bij sommige woorden als een -t: zwart, kast, (het is) gepast; 

- bij andere woorden als een -d: paard, bed, (ik heb) gehuild.

Als een woord géén persoonsvorm is, gebruik je de verlengproef. Maak het woord langer door er -e, -en of -ig achter te zetten: 

- Als je dan een t hoort, schrijf je een -t aan het eind: 

zwarte → zwart; olifanten → olifant; krachtig → kracht

- Als je dan een d hoort, schrijf dan een -d aan het eind: 

gevraagde → gevraagd; verbanden → verband; aardig → aard

Ik-vorm

- De ik-vorm is de kortste vorm van een werkwoord. 

- Het is het woord dat in de tegenwoordige tijd achter ‘ik’ komt te staan of vóór je/jij. 

H2, TV Spelling (blz. 58)

Een omschrijving zoeken

Wat:

Maken:

H2 TV (blz. 58-59): Opdracht 1 

(in je schrift of online)

Hoe:

Alleen of samen met je buurman of buurvrouw.

Klaar:

Ga verder met opdrachten 2 t/m 4 en 6

Hulp nodig?

Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 

Vraag het de docent als

je het echt niet meer weet.

geel: fluisterniveau 

Overleg met diegene naast je

groen:  fluisterniveau 

Overleg met diegene naast je of vraag het

de docent  

Aan het werk!

Je kunt

• woorden die op een -d of -t eindigen goed spellen.
  
• de ik-vorm van werkwoorden in de tegenwoordige tijd (tt) correct spellen.
  
• woorden met ei en ij goed spellen.

Doel

Huiswerk voor maandag 20 november

Maken:

H2 TV Spelling (blz. 58/59): 

opdrachten  1 t/m 4 en 6

Leren:

WS H1 t/m H3 theorie + 

woordenlijsten H1 t/m H3 (in SOM)

Maandag 20 november:

Oefentoets H1 t/m H3 WS

Maandag 27 november:

Toets H1 t/m H3 WS