Herhaling Werken in een organisatie 1

HERHALING ONDERDELEN B1-K1-W4
Werken in een organisatie 1

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Praktische economieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

HERHALING ONDERDELEN B1-K1-W4
Werken in een organisatie 1

Slide 1 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een bedrijf en een onderneming?

Slide 2 - Carte mentale

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat geen onderneming is

Slide 3 - Carte mentale

Wat is de kernactiviteit van IKEA?

Slide 4 - Carte mentale

Primaire proces
Inkoop - Productie/opslag/verpakking - Verkoop

Slide 5 - Diapositive

De financiële administratie van een bedrijf behoort tot het primaire proces
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Het magazijn van een bedrijf behoort tot het primaire proces
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

Functionarissen
Een bedrijf kent vele functionarissen: bedrijfsadministrateur, management assistant, logistiek medewerker, productiemedewerker, transportmedewerker, manager, ICT-medewerker, medewerker marketing & communicatie, juridisch medewerker

Slide 8 - Diapositive

Wie ondersteunt de directie of afdelingen?
A
manager
B
management assistant
C
juridisch medewerker
D
logistiek medewerker

Slide 9 - Quiz

Bij welke afdeling hoort een vrachtwagenchauffeur?
A
Productie
B
Marketing
C
Logistiek
D
Verkoop

Slide 10 - Quiz

Het voorbereiden, organiseren en uitvoeren van reclamecampagnes is een taak van
A
office & management support specialist
B
logistiek medewerker
C
juridisch medewerker
D
medewerker marketing en communicatie

Slide 11 - Quiz

Een directie met daaronder: Inkoop-Productie-Verkoop is een voorbeeld van een:
A
geografische organisatiestructuur
B
eenvoudige lijnorganisatie
C
uitgebreide lijnorganisatie
D
lijn-staforganisatie

Slide 12 - Quiz

Rechten en plichten van een werknemer
  • Salaris
  • Arbeid
  • Vakantiedagen
  • Ziekte
  • Arbeidsomstandigheden

Slide 13 - Diapositive

Een werkgever kan jou verplichten om vrij te nemen
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quiz

Je mag je ziekmelden in de loop van de dag dat je zou werken
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Als je langer ziek bent, moet je naar de bedrijfsarts
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quiz

Bedrijfsculturen
De manier waarop het er dagelijks aan toe gaat in een bedrijf (ongeschreven regels, gewoonten en gedrag)

Slide 17 - Diapositive

Afspraken in de cao over loon, werktijden, vakantiedagen etc. hebben te maken met
A
bedrijfscultuur
B
werkverhoudingen
C
arbeidsvoorwaarden
D
medezeggenschap

Slide 18 - Quiz

Hoeveel werknemers, klanten en andere betrokkenen mogen bepalen
A
sociale rollen
B
werkverhoudingen
C
medezeggenschap
D
bedrijfscultuur

Slide 19 - Quiz

Ik houd van risico nemen
A
conventionele werkomgeving
B
ondernemende werkomgeving
C
onderzoeks-werkomgeving
D
praktische werkomgeving

Slide 20 - Quiz

Ik vind het prettig om te weten waar ik aan toe ben
A
conventionele werkomgeving
B
praktische werkomgeving
C
mensgerichte werkomgeving
D
artistieke werkomgeving

Slide 21 - Quiz

Een juridisch medewerker controleert facturen
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Een vrachtwagenchauffeur verpakt en sorteert producten
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Een management assistant beheert agenda's en ontvangt bezoek
A
waar
B
niet waar

Slide 24 - Quiz

Het huidige minimumloon per maand in Nederland bij een 36-urige werkweek vanaf 21 jaar is
A
€ 1895
B
€ 1995
C
€ 2095
D
€ 2195

Slide 25 - Quiz