Grammatica Congruentie en inversie

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Wat gaan we doen vandaag?

Terugblik

Doel voor vandaag

Uitleg 

Opdrachten maken

Tussenwerpsels staan vaak aan het begin of aan het eind van een zin

1. Juist
2. Onjuist

Wat is het tussenwerpsel:
Wat een toestand, zeg!

Wat zijn de tussenwerpsels
Sst, een beetje zachtjes, alsjeblieft!

Doel

Aan het einde van de les weet je wat congruentie en wat inversie is. 

Aan het einde van de les kun je dit herkennen en toepassen in een zin. 

Uitleg 

congruentie: de persoonsvorm in persoon en getal komt overeen  met het onderwerp. 

Ik ben / jullie zijn

Bij woordgroepen met een enkelvoudige kern en een meervoudige nabepaling richt de persoonsvorm zich naar de kern:

– De groep (kern: enkelvoud) betogers (meervoud) wandelde van het Malieveld naar het Binnenhof.

Als het onderwerp een verzamelnaam is die uit meerdere personen bestaat, is de persoonsvorm enkelvoudig:

– De jeugd is momenteel een interessante doelgroep voor adverteerders.

Bij meervoudige titels van boeken, films enzovoort volgt een enkelvoudige persoonsvorm:

 

– ‘De Hongerspelen’ is een bijzonder meeslepende jeugdroman.

Na een rekeneenheid, zoals meter, liter, dozijn, procent, kilo, euro volgt een enkelvoudige persoonsvorm:

– Twee kilo kaas kost tegenwoordig meer dan tien euro.

Op de heuvel ...... een kudde schapen

1. lopen
2. loopt

Gisteren ...... een klas leerlingen het museum

1. bezocht
2. bezochten

De bezoekers van het filmhuis .....gisteren verzocht de zaal te verlaten

1. werd
2. werden

Inversie

inversie: Als in een zin het onderwerp achter de persoonsvorm staat. 

– Met carnaval / gaan (pv) / alle Maastrichtenaren (ow) / verkleed / de straat op.

Opdrachten 

Maak de opdrachten van de planning

Ik kan uitleggen wat congruentie en wat inversie is

Ja

Een beetje

Nee

Ik heb de opdrachten in de planning goed gemaakt

Ja

Een beetje

Nee