Les 58 - Argumenten beoordelen

Doel van de les
Je herkent goede en slechte argumenten.
Je kunt uitleggen waarom een argument wel of niet goed is.

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Doel van de les
Je herkent goede en slechte argumenten.
Je kunt uitleggen waarom een argument wel of niet goed is.

Slide 1 - Diapositive

Circelredenering
  • Ik vind Kees geen aardige man, want ik mag hem niet zo.
  • Dit is geen goed argument. Het argument is gelijk aan het standpunt.

Slide 2 - Diapositive

Overhaaste generalisatie
Mijn oma dronk elke dag 3 glazen cola en zij is 92 jaar oud geworden. Het drinken van cola is dus gezond.

Dit is een slecht argument. Dat het voor één geval geldt wil nog niet zeggen dat het voor alle gevallen geldt. 

Slide 3 - Diapositive

Verkeerde vergelijking
Geschiedenislessen zijn helemaal niet belangrijk. Oude kleren gooi je toch ook gewoon weg?

Slide 4 - Diapositive

Voorbeeld 1
  • Mening: Mensen zouden minder vlees moeten eten.
  • Argument 1: Dieren die geslacht worden, leven allemaal in hokken van minder dan een vierkante meter.
  • Argument 2: Het eten van minder vlees is beter voor het milieu.

  • Argument 1 is niet goed want de informatie klopt niet. Dat kun je aantonen door het op te zoeken.
  • Argument 2 is wel goed, want het is aangetoond dat minder vlees eten beter is voor het milieu.

  • Een goed argument bevat alleen informatie die waar is.

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld 2
  • Mening: Mensen zouden minder vlees moeten eten.
  • Argument 1: Het is ook beter om niet meer te vliegen naar je vakantiebestemming.
  • Argument 2: Het is beter voor de gezondheid.

  • Argument 1 is niet goed want het gaat niet over waarom mensen minder vlees zouden moeten eten..
  • Argument 2 is wel goed, want het gaat over de mening en het is aangetoond dat minder vlees eten beter is voor de gezondheid.

  • Een goed argument gaat over de mening en niet over iets anders.

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld 3
  • Mening: Mensen zouden minder vlees moeten eten.
  • Argument 1: Mensen eten nu te veel vlees.
  • Argument 2: Er is dan minder vee nodig, waardoor de stikstofuitstoot zal afnemen..

  • Argument 1 is niet goed want het zegt niets nieuws over de mening. Eigenlijk staat er hetzelfde.
  • Argument 2 is wel goed, want het voegt informatie toe aan de mening.

  • Een goed argument voegt informatie toe aan de mening en is dus geen herhaling van de mening.

Slide 7 - Diapositive

Conclusie
1. Een goed argument bevat alleen informatie die waar is
2. Een goed argument gaat over de mening en niet over
iets anders.
3. Een goed argument voegt informatie toe aan de mening
en is dus geen herhaling van de mening.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Vragenrondje
Wat maakt een argument goed?

  1. Bevat alleen informatie die waar is
  2. Gaat over de mening en niet over iets anders
  3. Voegt informatie toe aan de mening

Slide 10 - Diapositive

Wat is een argument?
Wat is een goed argument?
Wat is een slecht argument?

Slide 11 - Diapositive

Werkfase
  • Je leert in een tekst de argumenten te beoordelen
  • Maak de vragen 1 t/m 7 op pagina 120
  • Werk in stilte en schrijf de antwoorden op in je schrift
  • Steek een vinger op als je een vraag hebt
  • Je hebt tot aan het einde van de les de tijd
  • Volgende les gaan we de antwoorden doornemen
  • Als je klaar bent kun je verdergaan met vraag 8 t/m 14

Slide 12 - Diapositive

Goed of slecht argument?

Zwarte Piet moet blijven bestaan in het Sinterklaasfeest, want de meerderheid van de Nederlanders vindt dat.
timer
0:30
A
Goed
B
Slecht!

Slide 13 - Quiz

Wat voor soort argument is dit?

Ik doe liever geen eindexamen (mening), want ik kan niet goed tegen die spanning (??? argument).
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 14 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Omdat hij goede standpunten heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 15 - Quiz

Goed argument?

Ik vind dat ik mijn huiswerk voor Duits niet hoef te maken, want niemand maakt het.
timer
0:30
A
Nee
B
Ja

Slide 16 - Quiz

Goed argument?

Vuurwerk mag niet worden verboden, want daarmee vieren we juist oud en nieuw elk jaar.
A
Ja
B
nee

Slide 17 - Quiz

Hoeveel argumenten?

Het is goed voor je ademhaling en je gehoor en het kan ervoor zorgen dat je je zekerder voelt in sommige situaties, daarom moeten alle leerlingen zangles krijgen.
timer
0:30
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Vidéo