P3 _Paragraf A+B_ Kapitel 3
1 / 32
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Hast du jemals gekocht? Ja, was?
kochen
Slide 4 - Carte mentale
Slide 5 - Diapositive
Waar gaat het fragment over, denk je?
Slide 6 - Question ouverte
Slide 7 - Diapositive
1 Wat vertelt de radioreporter over de kookcursus?
A
De radioreporter gaat vandaag een bijzonder recept maken.
B
Jongeren hebben hier afgelopen week een kookcursus gehad.
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
2 Waarom doet Jacky met de cursus mee?
A
Ze vonden koken altijd saai. Door de cursus is ze het koken leuk gaan vinden.
B
Ze wil graag leren hoe ze gezonde en lekkere snacks voor school kan maken.
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Diapositive
3 Welke uitspraak komt met dit fragment overeen?
A
Jacky houdt niet zo erg van pastasalade.
B
Jacky vindt zelf gebakkenen brood erg lekker.
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Diapositive
4 Wat vertelt Jimmy?
A
Hij kookt graag omdat hij dan zelf kan beslissen welke ingrediënten hij gebruikt.
B
Samen met andere jongeren koken is nog leuker.
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
5 Waarom heeft Ole zijn oma uitgenodigd?
A
Ze kookt altijd lekker voor hem. Nu kookt hij een keer voor haar.
B
Ze helpt hem met zijn lievelingsgerecht.
Slide 16 - Quiz
Slide 17 - Diapositive
6 Welke ingrediënten gebruikt Pauline onder andere?
A
Vanille-ijs, honing en pepermunt.
B
Vanille-ijs, mango en kaneel.
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
7 Wat moet je doen als je ook zo'n kookcursus wilt doen?
7 Wat moet je doen als je ook zo'n kookcursus wilt doen?
7 Wat moet je doen als je ook zo'n kookcursus wilt doen?
A
Dan kun je je via de radiozender opgeven.
B
Dan moet je op internet kijken of er zoiets bij jou in de buurt is.
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Diapositive
Übersetze: in der Nähe
A
in de buurt
B
in de nacht
Slide 22 - Quiz
Übersetze: heute
A
huidig
B
vandaag
Slide 23 - Quiz
Übersetze: der Schinken
A
de boterham
B
de ham
Slide 24 - Quiz
Übersetze: seit
A
sinds
B
terwijl
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Wichtige Wörter zum Rezept. Was passt zusammen?
der Teller
der Puderzucker
raspeln
die Sahne
der Kühlschrank
die Erdbeersoße
der Teelöffel
die Kartoffelpresse
Slide 28 - Question de remorquage
Welche Zutaten (ingrediënten) braucht ihr neben Sahne? (4)
Slide 29 - Question ouverte
1 Einen Berg ...... auf einen Teller geben.
2 Dann muss es schnell gehen, da das Eis sonst anfängt zu .........
3 Das Vanilleeis durch die ............... drücken und über der Sahne auspressen.
4 ....... auf dem Eis verteilen.
5 Zum Schluss die .......... über das Eis streuen.
6 ......... !
die Schokoraspeln
Guten Appetit
Kartoffelpresse
Sahne
Erdbeersoße
schmelzen
Slide 30 - Question de remorquage
Wat heb je geleerd deze les? (Noem minimaal 2 dingen)
