4.2 en 4.2 1hv

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

4.2 en 4.2 1hv

Voor hoe lang werden consuls gekozen?

1. Voor levenslang
2. Voor vijf jaar
3. Voor één jaar

Wat gebeurde er in 509 v.C.?

1. Rome werd een republiek
2. De senaat werd opgeheven
3. Rome kreeg een koning

Wat mochten plebejers elk jaar kiezen?

1. Twee consuls
2. Zeven magistraten
3. Tien volkstribunen
4. Vijftien senatoren

Wat was een belangrijk recht van de volkstribunen?

1. Leiderschap van het leger
2. Recht om oorlog te verklaren
3. Stemrecht in de Senaat
4. Vetorecht op beslissingen

Wie waren de armste mensen?

1. Plebejers
2. Patriciërs
3. Proletariërs
4. Handelaars

Waar woonden de proletariërs?

1. In kastelen
2. In villa's
3. In tenten
4. In een insula

Waar woonden de proletariërs in de insula?

1. Op de bovenste verdieping
2. In het midden
3. Op de begane grond
4. In de kelder

Wat kregen de mensen van het bestuur?

1. Gratis onderwijs
2. Gratis huisvesting
3. Gratis graan
4. Gratis kleding

Wat moesten gladiatoren doen?

1. Zingen voor het publiek
2. Vechten om te overleven
3. Dansen met dieren

Wat kregen gladiatoren na drie jaar?

1. Vrijheid
2. Meer gevechten
3. Een medaille

Waarom organiseerden rijke Romeinen spelen?

1. Voor entertainment
2. Om stemmen te krijgen
3. Voor gratis voedsel

Wat gebeurde toen Caesar terugkwam in Rome?

1. Hij werd tot consul gekozen
2. Hij werd verbannen
3. Hij werd gevangen genomen

Wat ontstond door rivaliteit tussen generaals?

1. Een handelsconflict
2. Een burgeroorlog
3. Een buitenlandse oorlog
4. Een vredesverdrag

Waarom werd Julius Caesar vermoord?

1. Te veel macht
2. Te veel vijanden
3. Te veel vrienden
4. Te weinig steun

Wie won de burgeroorlog na Caesar's moord?

1. Julius
2. Brutus
3. Octavianus
4. Pompeius

Welke eretitel kreeg Octavianus?

1. Augustus
2. Caesar
3. Tiberius
4. Nero

Wat betekent de titel Augustus?

1. De dictator
2. De verhevene
3. De consul
4. De senator

Hoe lang regeerde Augustus?

1. Meer dan veertig jaar
2. Twee jaar
3. Dertig jaar
4. Vijftig jaar

Hoe heet de grens van het Romeinse Rijk?

1. De Grens
2. De Limes
3. De Linie
4. De Muur

Wie woonden er in het gebied van Nederland voordat de Romeinen kwamen?

1. Franken
2. Vikingen
3. Germanen
4. Kelten

Wat gebeurde er in de thermen?

1. Sportwedstrijden
2. Handeldreven
3. Discussiëren
4. Vechtpartijen

Wat voor type bedrijf was de villa rustica?

1. Winkel
2. Boerenbedrijf
3. Bouwbedrijf
4. Handelsbedrijf

Wat leerden de Germanen van de Romeinen?

1. Ruilhandel
2. Jagen
3. Vissen
4. Nieuwe producten en technieken

Welke taal leerden de Germanen kennen?

1. Franse taal
2. Latijnse taal
3. Griekse taal
4. Duitse taal

Waar schreven de Romeinen dagelijkse zaken op?

1. Schrijfplankje met bijenwas
2. Stenen tablet
3. Papyrusrol
4. Houten tablet

Wat is romanisering?

1. Het opzetten van Romeinse steden
2. Het overnemen van Romeinse cultuur
3. Het maken van Romeinse wapens
4. Het veroveren van Romeins grondgebied

Wat gebeurde met kinderen van Romeinen en Germanen?

1. Ze werden Duitse soldaten
2. Ze werden Romeinse burgers
3. Ze moesten het leger verlaten
4. Ze kregen geen rechten