4.1 Stral

1 / 33
suivant
Slide 1: Vidéo interactive avec 8 diapositives
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

8

Slide 1 - Vidéo

01:51
Is een banaan een goede maat voor de achtergrondstraling?
A
Ja, allebei ongeveer 0,1 microSievert per uur
B
Nee

Slide 2 - Quiz

02:35
De bom op Hirosjima (1945) zorgt nu nog voor meer straling. Hoeveel hoger dan het normale achtergrondniveau?
A
10 000 x
B
100 x
C
10 x
D
3 x

Slide 3 - Quiz

03:47
Waarom is de deurknop van Marie Curie radioactief?
A
Door hoge stralingsniveau's vroeger
B
Radioactieve stof kwam van haar handen op de knop
C
Hij is gemaakt van radium

Slide 4 - Quiz

04:05
De deurknop werd rond 1900 besmet met radium. Kies de juiste halveringstijd van radium ...
A
1600 seconden
B
1600 dagen
C
1600 jaar

Slide 5 - Quiz

04:44
Het "voordeel" van atoombommen vergeleken met een ouderwets explosief (dynamiet) is ..
A
veel goedkoper
B
veel meer energie dus vernietigingskracht
C
hernieuwbare grondstof

Slide 6 - Quiz

05:31
Hoelang kun je vliegen (3 microSv/uur) om je jaarlijkse dosislimiet te bereiken (20 milliSv)?

Slide 7 - Question ouverte

06:58
Waarom wordt de bovenste laag grond weggehaald?
A
Omdat hij radioactief bestraald is geweest
B
Omdat hij besmet is met radioactief materiaal

Slide 8 - Quiz

10:27
Rook jij? Wat vind je ervan dat roken zorgt voor radioactiviteit in je longen?

Slide 9 - Question ouverte

Straling

Slide 10 - Diapositive

Straling en licht
Zichtbare straling. 
bestaat uit het spectrum, alle kleuren van de regenboog. 

De niet-zichtbare straling kunnen we dus niet zien, 
maar wel bewijzen.  


Slide 11 - Diapositive

Wat voor niet-zichtbare straling ken je?

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

ELEKTROMAGNETISCHE STRALING
Straling afkomstig van elektrische en elektronische apparaten.

Slide 14 - Diapositive

Stralingsbron
Plaats die straling uitzendt.
Magnetron
1
microgolfstraling
2
Voedsel
3

Slide 15 - Diapositive

2 belangrijke begrippen
Ioniserende straling

Doordringend vermogen

Slide 16 - Diapositive

IONISERENDE STRALING
Als de straling wordt geabsorbeerd kan het warmte afgeven of stoffen kapot maken. 

Dat kapot maken noemen we het ioniserend effect

Slide 17 - Diapositive

IONISERENDE STRALING

Röntgen straling
Ultraviolet straling (UV)
Radioactieve straling
De eigenschap dat straling kan doordringen in een stof.

Slide 18 - Diapositive

Doordringend vermogen
De eigenschap dat straling kan doordringen in een stof.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Rontgenstraling
In 1894 nam Wilhelm Rontgen de eerste rontgenfoto van de hand van zijn vrouw. Tegenwoordig maken we nog steeds gebruik van deze techniek om bijvoorbeeld te kijken of je gaatjes hebt. 

Slide 21 - Diapositive

Wat is rontgenstraling?
Heeft dezelfde eigenschappen als licht
Elektromagnetische straling
Verschil zit in de mate van energie (doordringend vermogen)en schadelijkheid (ioniserend vermogen)

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Uv straling

Slide 24 - Diapositive

UV straling 

Zonlicht bestaat uit:

95% UV-A straling: huidveroudering

5% UV-B straling: bruin worden (en ook verbranden en daaropvolgend huidkanker) en vitamine D productie


Slide 25 - Diapositive

UV straling
  • Drinkwater bedrijven gebruiken uv straling om bacterie in water te doden.
  • Bijen zien UV straling.
  • UV straling zorgt er voor dat je bruin wordt
  • Wordt tegen gehouden door atmosfeer
        (ozonlaag, stof en wolken)
  • UV kan stoffen laten oplichten (fluorescentie) 

Slide 26 - Diapositive

0

Slide 27 - Vidéo

Kernstraling
in de natuur komen stoffen voor die uit zichzelf straling uitzenden. 
De straling van deze radioactieve stoffen noem je kernstraling.

Slide 28 - Diapositive

3 soorten kernstraling
Alpha
Beta
Gamma

Slide 29 - Diapositive

Meten van kernstraling
Geigerteller
Een Geiger-Müllerteller; een instrument om te meten hoeveel kernstraling er is.
Nevelvat
In een nevelvat zit een speciaal gas. 
Als er straling door het gas gaat, dan laat de straling 
een condensspoor achter in het vat. 
Je ziet dus niet de straling zelf, maar het spoor dat de straling maakt

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Welke ioniserende stralingen zijn er?

Slide 32 - Question ouverte

NIET-IONISERENDE STRALEN
Radiogolven

Wifi golven

IR straling

De eigenschap dat straling kan doordringen in een stof.

Slide 33 - Diapositive