Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
+ (positief) Werkwoord + ed
- (negatief) didn't + werkwoord
? (vraag) Did + werkwoord
Voorbeelden:
Take - took - taken
ride - rode - ridden
+ (positief) Have/has + volt. deelw.
- (negatief) Haven't/hasn't + volt. deelw.
? (vraag) Have/has + volt. deelw.
3e rijtje dus belangrijk om te leren!
- als iets in het verleden een tijd duurde / aan de gang was. Vaak staat de past continuous dan in één zin samen
met de past simple;
- als iets in het verleden regelmatig gebeurde en dit je irriteert. Vaak staat er dan een signaalwoord in de zin,
bijvoorbeeld: always, constantly, forever, all the time, continually enzovoorts
Example: I was having a fight with my parents and after that we made up again.
+ (positief) had + volt. deelw.
- (negatief) hadn't + volt. deelw.
? (vraag) Had + volt. deelw.
3e rijtje dus belangrijk om te leren!
cookieTextcookieStatement