Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
6.2 Energie: Zwaarte, kinetisch en veerenergie
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan je zwaarte-energie, kinetische energie en veerenergie uitleggen.
Slide 2 - Diapositive
Introduceer de leerdoelen van de les. Benadruk het belang van de terminologie.
Wat is energie?
Energie is de capaciteit om werk te verrichten. Het is overal om ons heen en komt in verschillende vormen.
Slide 3 - Diapositive
Laat de leerlingen nadenken over de verschillende vormen van energie. Maak gebruik van praktijkvoorbeelden.
Zwaarte-energie
Zwaarte-energie is de energie die een object heeft vanwege zijn positie ten opzichte van de aarde.
Hoe hoger een object staat, hoe meer zwaarte energie het bevat.
Ez=m⋅g⋅h
Slide 4 - Diapositive
Leg uit dat zwaarte-energie afhankelijk is van het gewicht en de hoogte van een object. Geef praktijkvoorbeelden.
Kinetische energie
Kinetische energie is de energie die een object heeft vanwege zijn beweging.
Hoe sneller een object beweegt, hoe meer kinetische energie het nodig heeft.
Ek=21⋅m⋅v2
Slide 5 - Diapositive
Leg uit dat kinetische energie afhankelijk is van de massa en snelheid van een object. Geef praktijkvoorbeelden.
Veerenergie
Veerenergie is de energie die wordt opgeslagen in een veer wanneer deze wordt samengedrukt of uitgerekt.
Ev=21⋅C⋅u2
Slide 6 - Diapositive
Leg uit dat veerenergie afhankelijk is van de kracht waarmee de veer wordt samengedrukt of uitgerekt. Geef praktijkvoorbeelden.
Energie omzetten
Energie kan worden omgezet van de ene vorm naar de andere. Bijvoorbeeld, zwaarte-energie kan worden omgezet in kinetische energie.
F⋅s=21⋅m⋅v2=m⋅g⋅h
Slide 7 - Diapositive
Laat zien hoe zwaarte-energie wordt omgezet in kinetische energie. Geef praktijkvoorbeelden.
Energie behouden
De wet van behoud van energie stelt dat energie niet kan worden gecreëerd of vernietigd, alleen omgezet van de ene vorm naar de andere. Dit betekent dat de totale hoeveelheid energie in een systeem constant blijft.
Slide 8 - Diapositive
Leg de wet van behoud van energie uit en laat zien hoe deze van toepassing is op de verschillende vormen van energie.
vragen maken
7, 9, 10, 12, 14 op blz 112
Slide 9 - Diapositive
Vat de belangrijkste punten van de les samen en controleer of de leerlingen begrijpen wat elke term betekent.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 10 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 11 - Question ouverte
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 12 - Question ouverte
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.