Week 28 - Cursus 7 - werkwoordspelling

Week 28 - Cursus 7 - werkwoordspelling
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Week 28 - Cursus 7 - werkwoordspelling

Slide 1 - Diapositive

Welkom th1a!
Ga lekker zitten en pak je spullen: 
 - je schrift en pen;
  - je leesboek:
 - je leerwerkboek Nieuw Nederlands
 
Je laptop blijft nog dicht. 










maandag 30 september 2024
Maandag 10 maart 2025

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen, aan het einde van deze les:
  • kan ik de persoonsvorm van zwakke werkwoorden in de verleden tijd spellen met behulp van 't sexy fokschaap.

Planning van deze les
  • Lezen in je leesboek
  • Taalvoutje
  • huiswerk bespreken
  • herhaling theorie pv vt zwakke werkwoorden met quiz

Slide 3 - Diapositive

Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.

Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt. 
timer
10:00

Slide 4 - Diapositive

Taalvoutje van de week
Welk werkwoord ontbreekt  in deze zin? 

  • Correct is: 
  • Maar zelf kunt u ook een bijdrage leveren aan veilige zorg en samen met ons zorgen dat fouten zoveel mogelijk voorkomen worden

Slide 5 - Diapositive

Cursus 7 : Spelling werkwoorden
Komende weken doen we werkwoordspelling, §8 tot en met §13.

§8 - Persoonsvorm tegenwoordige tijd - vorige week gedaan
§9 - Sterke en zwakke werkwoorden - vorige week gedaan
§10  - Persoonvorm verleden tijd zwakke werkwoorden - herhalen we vandaag

We sluiten spelling werkwoorden af met een s.o.  op woensdag 19 maart. 
Het s.o. telt één keer mee. 

Slide 6 - Diapositive

Huiswerk voor vandaag was:
  • Maak bij cursus 7 Spelling opdracht 1 t/m 5 van §10 persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden.

  • Neem de entreetoets mee die je af hebt.

Slide 7 - Diapositive

Herhaling §10 Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden
Zwakke werkwoorden veranderen in de verleden tijd niet van klank: barst → barstte; durven → durfden.


Slide 8 - Diapositive

§10 Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden
Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n)
  • Neem het hele werkwoord (floppen; lachen; weven; plagen).
  • Haal er -en van af: floppen – -en -> flopp; plagen – -en -> plag.
  • Is de laatste letter een t, x, f, k, s, ch of p (een medeklinker uit ’t sexy-fokschaap)? Schrijf dan na de ik-vorm -te(n): flopte(n); lachte(n).
  • Is de laatste letter een andere medeklinker? Schrijf dan na de ik-vorm -de(n): plaagde(n); weefde(n).

Slide 9 - Diapositive

§10 Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden
Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n):

Haal van het hele werkwoord -en af 
Is de laatste letter een medeklinker uit
't sexy fokschaap?

Ja! - schrijf dan te(n)
Nee! - schrijf dan de(n)


Slide 10 - Diapositive

Korte quiz!

Slide 11 - Diapositive

Sterk of zwak?

DENKEN
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord

Slide 12 - Quiz

tennissen
A
Sterk werkwoord
B
Zwak werkwoord

Slide 13 - Quiz

Welk woord is hier de persoonsvorm?
De hond wordt door de buurman uitgelaten.

Slide 14 - Question ouverte

kleven (vt)
Nog altijd […] de kauwgom aan mijn schoen.

Slide 15 - Question ouverte

Faxen (vt)
De meeste bedrijven [...] niet meer met hun klanten.

Slide 16 - Question ouverte

Sterk of zwak?

BIJTEN
A
sterk
B
zwak

Slide 17 - Quiz

Sterk of zwak?
verhuizen
A
sterk
B
zwak

Slide 18 - Quiz

Wij verhui....... (vt) vroeger met regelmaat.

Slide 19 - Question ouverte

Evaluatie
  • Ik kan de persoonsvorm van zwakke werkwoorden in de verleden tijd spellen met behulp van 't sexy fokschaap.I

Geen huiswerk voor woensdag 12 maart

Slide 20 - Diapositive

5 minuten pauze!

Slide 21 - Diapositive

Welkom th1a!
Ga lekker zitten en pak je spullen: 
 - je schrift en pen;
  - je leesboek:
 - je leerwerkboek Nieuw Nederlands
 
Je laptop blijft nog dicht. 










maandag 30 september 2024
Woensdag 12 maart 2025

Slide 22 - Diapositive

Lesdoelen, aan het einde van deze les:
  • kan ik de persoonsvorm van zwakke en sterke werkwoorden in de verleden tijd correct spellen .

Planning van deze les
  • Voorlezen Meisje met de vlechtjes
  • Herhaling theorie en opdrachten§10 pv vt zwakke werkwoorden
  • theorie pv vt sterke werkwoorden 

Slide 23 - Diapositive

Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.

Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt. 
timer
10:00

Slide 24 - Diapositive

Herhaling - sterke en zwakke werkwoorden
Wat is het verschil tussen sterke en zwakke werkwoorden?
  • lopen - liepen       fietsen - fietsten   luisteren - luisterden

  • Sterke werkwoorden - veranderen in de verleden tijd van klank
  • Zwakke werkwoorden - veranderen in de verleden tijd niet van klank, maar eindigen op -de(n) of te(n).  '-> gebruik t sexy fokschaap

Slide 25 - Diapositive

Herhaling §10 Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden
Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n)
  • Neem het hele werkwoord (floppen; lachen; weven; plagen).
  • Haal er -en van af: floppen – -en -> flopp; plagen – -en -> plag.
  • Is de laatste letter een t, x, f, k, s, ch of p (een medeklinker uit ’t sexy-fokschaap)? Schrijf dan na de ik-vorm -te(n): flopte(n); lachte(n).
  • Is de laatste letter een andere medeklinker? Schrijf dan na de ik-vorm -de(n): plaagde(n); weefde(n).

Slide 26 - Diapositive

§10 Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden
Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n):

Haal van het hele werkwoord -en af 
Is de laatste letter een medeklinker uit
't sexy fokschaap?

Ja! - schrijf dan te(n)
Nee! - schrijf dan de(n)


Slide 27 - Diapositive

§11 Persoonsvorm verleden tijd sterke werkwoorden
  • - Het werkwoord verandert van klank in de verleden tijd.
  • - Je schrijft wat je hoort.

Voorbeelden sterke werkwoorden:
  • Vliegen - Vlogen
  • Lopen - Liepen
  • Roepen - riepen

Slide 28 - Diapositive

§11 Persoonsvorm (pv) verleden tijd sterke werkwoorden
-d of -t?
Kijk naar het meervoud
reden -> reed
bonden -> bond
beten - > beet

Let op: een pv in de verleden tijd eindigt nooit op dt

Slide 29 - Diapositive

Zelf aan de slag
WAT?           Maak de opdrachten 1 t/m 4 uit  §10 
                      opnieuw (indien ze weer openstaan)                      
HOE             Iaptop: cursus 7 Spelling -  §11, blz. 245                      
HULP?        Lees de theorie blz. 240 en 242
TIJD            10 minuten.
KLAAR?     opdracht 1 t/m 5 §11 pv vt sterke werkwoorden

           



timer
10:00

Slide 30 - Diapositive

5 minuten pauze!

Slide 31 - Diapositive

§12  Voltooid deelwoord (vd) - 
  • Een voltooid deelwoord is één van de vormen van het werkwoord. Voltooid betekent dat iets klaar of afgelopen is. Bijvoorbeeld: Hij heeft zijn fietsband geplakt.
  • Staat nooit alleen in de zin
  • Staat altijd samen met een vorm van hebben, zijn of worden
  • Begint meestal met ge-, maar kan ook met be-, her- of ont- beginnen. 
  • Eindigt soms op -n of -en
  • Eindigt soms op -t of -d.


Slide 32 - Diapositive

§12  Voltooid deelwoord (vd)  
  • Twijfel je tussen -d of -t? Gebruik dan de verlengproef. 
Bijvoorbeeld: Je hoort: gewerkte → je schrijft: gewerkt.
Je hoort: behandelde → je schrijft: behandeld
  • Hoor je het niet goed, gebruik dan ’t ex-kofschip of 't sexy fokschaap.

Let op bij woorden als durven en reizen: gedurfd en gereisd.

Slide 33 - Diapositive

Samen aan de slag
WAT?           We maken klassikaal opdracht 1  §11 pv vt sterke                                                   werkwoorden
HOE             In je boek of schrift: cursus 7 Spelling -  §11, blz 244                      
HULP?        Lees de theorie blz. 244
TIJD            10 minuten.
KLAAR?     Maak opdracht 2,3, 4 en 5 van §11

           



Slide 34 - Diapositive

Nu zelf aan de slag
WAT?           Maak opdracht 1, 2,3,4 en 5 van §11 pv vt sterke werkwoorden
                      Huiswerk indien niet af.
HOE             In je boek of laptop: cursus 7 Spelling -  §11, blz. 245                      
HULP?        Lees de theorie blz. 244
TIJD            10 minuten.
KLAAR?     Maak opdracht 2 van §12 voltooid deelwoord

           



timer
10:00

Slide 35 - Diapositive

Evaluatie
  • Ik kan de persoonsvorm van zwakke en sterke werkwoorden in de verleden tijd spellen.

Huiswerk donderdag 13 maart
Maak opdracht 1, 2,3,4 en 5 van §11 pv vt sterke werkwoorden



Slide 36 - Diapositive

Welkom th1a!
Ga lekker zitten en pak je spullen: 
 - je schrift en pen;
  - je leesboek:
 - je leerwerkboek Nieuw Nederlands
 
Je laptop blijft nog dicht. 
Je zit volgens plattegrond










maandag 30 september 2024

Slide 37 - Diapositive

Lesdoelen, aan het einde van deze les:
  • kan ik het voltooid deelwoord correct spellen .

Planning van deze les
  • Stillezen
  • Theorie en §12 voltooid deelwoord
  • In groepjes opdracht 1 van §12 maken
  • Zelf werken aan opdr. 2 t/m 5

Slide 38 - Diapositive

Lezen in je leesboek
Je leest ongeveer 10 minuten in stilte.

Na afloop kun je een vraag krijgen over wat je gelezen hebt. 
timer
10:00

Slide 39 - Diapositive

§11 Persoonsvorm verleden tijd sterke werkwoorden
  • Het werkwoord verandert van klank in de verleden tijd.
  • Je schrijft wat je hoort.

Voorbeelden sterke werkwoorden:
  • Vliegen - Vlogen
  • Lopen - Liepen
  • Roepen - riepen

Slide 40 - Diapositive

§11 Persoonsvorm (pv) verleden tijd sterke werkwoorden
-d of -t?
Kijk naar het meervoud
reden -> reed
bonden -> bond
beten - > beet

Let op: een pv in de verleden tijd eindigt nooit op dt

Slide 41 - Diapositive

§12  Voltooid deelwoord (vd) 
  • Een voltooid deelwoord (vd) is één van de vormen van het werkwoord. 
  • Voltooid betekent dat iets klaar of afgelopen is. Bijvoorbeeld: Hij heeft zijn fietsband geplakt, zij hebben uren gelopen, dat is echt gebeurd
  • Een voltooid deelwoord staat nooit alleen in de zin, maar staat altijd samen met een vorm van hebben, zijn of worden
  • Begint meestal met ge-, maar kan ook met be-, her- of ont- beginnen. 
  • Eindigt soms op -n of -en
  • Eindigt soms op -t of -d.


Slide 42 - Diapositive

§12  Voltooid deelwoord (vd)  
  • Twijfel je tussen -d of -t? Gebruik dan de verlengproef. 
Bijvoorbeeld: Je hoort: gewerkte → je schrijft: gewerkt.
Je hoort: behandelde → je schrijft: behandeld
  • Hoor je het niet goed, gebruik dan ’t ex-kofschip of 't sexy fokschaap.
    Haal van het hele werkwoord -en af. Is de laatste letter een medeklinker uit 't sexy fokschaap? 
    Ja! - schrijf dan t
    Nee! - schrijf dan d

Let op bij woorden als durven en reizen: gedurfd en gereisd.

Slide 43 - Diapositive

't sexy fokschaap
Aanpak als je twijfelt over -te(n) of -de(n):

Haal van het hele werkwoord -en af 
Is de laatste letter een medeklinker uit
't sexy fokschaap?

Ja! - schrijf dan te(n)
Nee! - schrijf dan de(n)


Slide 44 - Diapositive

Samen aan de slag
WAT?           In viertallen opdracht 1 van §12  - dit is een spel 
                                           
HOE             schuif tafels in groepjes, luister eerst naar speluitleg. Je krijgt                                speelkaartjes.             
HULP?        Lees de theorie blz. 246 van je leerwrk0 en 242
TIJD            10 minuten.


           



timer
10:00

Slide 45 - Diapositive

Nu zelf aan de slag
WAT?           Maak opdracht 2 t/m 5 van §12  voltooid deelwoord
                                           
HOE             Mag in groepjes. Ga naar cursus 7 Spelling, §12 voltooid                                            deelwoord            
HULP?        Lees de theorie online of op blz. 246 van je leerwerkboek 
TIJD            10 minuten.
KLAAR?     Maak opdracht 


           



timer
10:00

Slide 46 - Diapositive

Evaluatie
  • Ik kan het voltooid deelwoord correct spellen.

Huiswerk maandag 17 maart
Maak opdracht 2,3,4 en 5 van §12 voltooid deelwoord af


Slide 47 - Diapositive