8-9 V3e

• Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

pak je spullen: boek, schrift, pen

planning

Les openen (5 minuten)

Herhalen (15 minuten)

Huiswerkvragen (10 minuten)

Uitleg paragraaf 4     (20 minuten)

Practicum toets      (15 minuten)

Practicum       (15 minuten)

Les afsluiten (5 minuten)

Herhaling quiz

Welke fase heeft regen?

1. Vast
2. Vloeibaar
3. Gas

Wat betekent dit gevarensymbool?

1. giftig
2. licht ontvlambaar
3. corrosief
4. schadelijk

Wat is geen kenmerk van het deeltjesmodel

1. Elke stof is opgebouwd uit moleculen
2. Moleculen trekken elkaar aan
3. Moleculen zijn heel klein
4. Moleculen bewegen voortdurend

Een zuivere stof heeft een?

1. kookpunt
2. een kooktraject
3. een kooktraject en een kookpunt
4. geen kooktraject

Hiernaast staan twee fasen van stof Y weergegeven.

Welke fasen worden weergegeven?

1. vast en gas
2. vloeibaar en vast
3. vloeibaar en gas
4. gas en vloeibaar

Hoe heet deze faseovergang
water (g) --> water (l)

1. condenseren
2. verdampen
3. rijpen
4. sublimeren

Is melk een zuivere stof?

1. Ja
2. Nee

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?

1. explosief
2. licht ontvlambaar
3. brandbevorderend
4. schadelijk

Wat is de eenheid van dichtheid?

1. kg/cm3
2. kg/m3
3. g/m3
4. g/cm3

Welke geeft de juiste de faseovergang van nummer 1 en 2 weer?

1. 1 = smelten; 2 = stollen.
2. 1 = vervluchtigen; 2 = rijpen.
3. 1 = verdampen; 2 = rijpen.
4. 1 = rijpen; 2= vervluchtigen

Welke is een zuivere stof?

1. Links + rechts
2. Midden
3. Enkel links
4. Links + midden

Stofeigenschappen zijn:

1. geur, kleur, massa
2. fase, geur, kleur
3. kookpunt, smeltpunt, kleur
4. fase, geur, smaak

Wat is een mengsel?

Huiswerkvragen

uitleg paragraaf 4

mengsels

Wat voor mengsels ken je?

Wat is een mengsel?

Soorten mengsels

• Bijna alles is een mengsel
• Lucht, koffie, sausjes, snoep

• Oplossingen
• Suspensies
• Emulsies

Oplossingen

• In een oplossing zijn de deeltjes gelijkmatig verdeeld.
• Je kunt de stof niet meer zien, dus zijn altijd helder. 
• Soms hebben ze nog een kleurtje.

• Je kunt vaste stoffen, vloeistoffen en gassen oplossen.
• Bijvoorbeeld champagne

Suspensie

Een suspensie is altijd troebel

• Vaste onoplosbare stof en een vloeistof
  

Na een tijdje is een suspensie minder troebel           bezinken

Krijtpoeder in water

Emulsies

• In een emulsie zweven druppeltjes vloeistof in een vloeistof.
• Door de druppeltjes is de vloeistof altijd troebel.
• Het heeft altijd een kleurtje.
• Na een tijdje scheiden de vloeistoffen weer.
• Met een emulgator blijven ze een mengsel.

• Bijvoorbeeld mayonaise
  

De werking van zeep

• Door zeep kun je waterige en vettige stoffen mengen
• Zeep is dus een emulgator

• De kop lost op in het water
• De staart lost op in de olie

Oplosmiddelen

• In een oplosmiddel  kunnen stoffen oplossen.
• Vaak gebruik je (gedestilleerd) water als oplosmiddel

• Wasbenzine (vet)
• Alcohol (vet)
• Aceton (nagellak)
• Terpentine (verf)

livecloud.online

zelfstandig werken

Maken: tekening een deeltjes model 

van de soorten mengsels 

klaar? 

maak van paragraaf 4 vraag: 1 ,3 ,5 ,6, 7

klaar? 

lees paragraaf 5 (vraag: 1 t/m 6, 8)

Je mag nu in overleg werken 

maak van paragraaf 4 vraag: 1 ,3 ,5 ,6, 7

klaar? lees paragraaf 5 

Les afsluiten

 - je kunt uitleggen wat een oplossing/suspensie/emulsie is.

- je kunt herkennen of een mengsel een oplossing, een     suspensie of een emulsie is.

- je kunt voorbeelden geven van verschillende typen mensgels

- je kunt beschrijven wat een chemische reactie is.

- je kunt een reactie schema van een scheikundig verschijnsel opstellen