Pulsar hst 4 geluid par. 2 VMBO-T2

Hst 4 par. 2 Geluidssterkte
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Hst 4 par. 2 Geluidssterkte

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al over
GELUID

Slide 2 - Carte mentale

Eigenschappen van geluid
Geluid kan hard of zacht klinken. Dat noem je geluidssterkte.

Geluid kan ook hoog of laag zijn. Dat noem je toonhoogte.

Slide 3 - Diapositive

Geluidssterkte 
  • Uitgedrukt in decibel 
  • > 80dB = schadelijk 

Slide 4 - Diapositive

Geluidssterkte
Hoe harder een geluid hoe hoger het aantal decibel.
Dit wordt gemeten me een decibelmeter.

Geluidssterkte wordt ook wel aangegeven met Amplitude.
grootheid: geluidssterkte 
eenheid: Decibel (dB)

Slide 5 - Diapositive

Meten van geluidssterkte
Hoe verder je weg bent van een geluidsbron, hoe zachter het geluid.

De richting waarin je meet is daarbij ook belangrijk.

Slide 6 - Diapositive

Meten van geluidssterkte

Slide 7 - Diapositive

Geluiden vanaf 80 decibel kunnen leiden tot gehoorschade!

Bij een geluid met een geluidssterkte van 140 dB krijg je meteen gehoorschade!

Slide 8 - Diapositive

Gehoorschade
Eenmaal opgelopen gehoorschade gaat nooit meer weg.

er zijn allemaal littekentjes ontstaan op het trommelvlies, deze zijn blijvend.

Als er gehoorschade is dan kun je minder geluiden horen.

Slide 9 - Diapositive

Gehoorbescherming
Draag bij te harde geluiden (boven 80 dB) altijd gehoorbescherming.

Bijvoorbeeld tijdens een concert en bij het afschieten van vuurwerk.

Op sommige plekken is gehoorbescherming zelfs verplicht:

Slide 10 - Diapositive

Van welk geluid heb jij last ?

Slide 11 - Diapositive

Maatregelen tegen geluid-hinder

  • Asfalt dat minder lawaai maakt
  • stillere autobanden
  • geluidswal of geluid-scherm
  • geluid-isolatie door speciale ramen die minder geluid doorlaten

Slide 12 - Diapositive

Hoe kleiner de amplitude (geluidssterkte), hoe ..... het geluid
A
Harder
B
Hoger
C
Lager
D
Zachter

Slide 13 - Quiz

Hoe heet het velletje dat gaat trillen als je geluid hoort?
A
gehoorgang
B
slakkenhuis
C
oorschelp
D
trommelvlies

Slide 14 - Quiz

In welke eenheid wordt het volume van geluid gemeten?
A
meter
B
Db
C
dm
D
cm

Slide 15 - Quiz

Geluiden van 80 dB (bromfiets) kunnen gehoorschade opleveren als je 8 uur aan zulk geluid wordt blootgesteld
A
Dat is zo
B
Dat is onzin

Slide 16 - Quiz

Een stemvork trilt met een hele lage amplitude (geluidssterkte). Het geluid zal...
A
heel hard zijn
B
heel zacht zijn
C
heel hoog zijn
D
heel laag zijn

Slide 17 - Quiz

Dus:
  • Hoe hoger het amplitude (de geluidssterkte) hoe harder het geluid.
  • Geluid kan versterkt worden met een klankkast of met een versterker
  • Geluidssterkte meet je in Decibel (dB)
  • Bij het meten van geluidssterkte is de afstand tot de geluidsbron belangrijk en de richting waarin je meet

Slide 18 - Diapositive

En ook:
  • Gehoorbeschadiging ontstaat als je te lang geluid hoort van 80 dB of meer
  • gehoorbeschadiging gaat nooit meer weg
  • als je geluid hoort van 140 dB krijg je meteen gehoorbeschadiging

Slide 19 - Diapositive

En dit ook nog!
  • Geluidsoverlast kun je tegengaan: isolatie, wegkaatsen en minder geluid maken
  • voor geluidsisolatie gebruik je materialen die de geluiden absorberen
  • gehoorbeschadiging kun je ook tegengaan met gehoorbeschermers

Slide 20 - Diapositive

Wat vind je van deze manier van les?!

Slide 21 - Carte mentale