Bekijk de afbeelding. Je gaat met een skilift van 1000 meter hoogte naar 3000 meter hoogte. Als je op 1000 meter instapt, wijst in Chamonix de thermometer 10 graden aan. Je stapt uit op 3000 meter hoogte.
Hoeveel graden geeft de thermometer dan aan?
A
0 graden
B
-2 graden
C
2 graden
D
-8 graden
Slide 18 - Quiz
Welk klimaat past bij deze grafiek?
A
Landklimaat
B
Poolklimaat
C
zeeklimaat
D
tropisch klimaat
Slide 19 - Quiz
Waardoor zijn de temperaturen van de klimaatgrafiek in de winter zo laag?
A
door de aflandige winden
B
door de hoge breedteligging op het noordelijk halfrond
C
door de lage breedteligging op het zuidelijk halfrond
D
door de ligging aan de Noordelijke IJszee.
Slide 20 - Quiz
Sleep de namen van de klimaten naar de juiste klimaatgrafieken:
Poolklimaat
Landklimaat
Gematigd zeeklimaat
Woestijnklimaat
Tropisch klimaat
Slide 21 - Question de remorquage
Beoordeel de stellingen.
Stelling I: Zeewater koelt langzaam af en wordt snel warm.
Stelling II: Land koelt snel af en wordt snel warm.
A
Alleen stelling I is juist
B
Alleen stelling II is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist.
Slide 22 - Quiz
Volgens aardrijkskundedocent meneer Brouwer heeft Nederland een zeeklimaat.
Waardoor ontstaat dit klimaat?
A
Door de breedteligging, de oostenwind en de ligging aan de Noordzee.
B
Door de hoogteligging, de zuidenwind en de vele rivieren.
C
Door de breedteligging, de westenwind en de ligging aan de Noordzee.
D
Door de hoogteligging, de noordenwind en de vele rivieren.
Slide 23 - Quiz
Sleep de onderstaande vier woorden naar de juiste plek in de afbeelding: