7.5 Een populatie vol allelen 4V 2324

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 7.5 Een populatie vol allelen
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 50 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
Paragraaf 7.5 Een populatie vol allelen

Slide 1 - Diapositive

Doel 7.5 Je kunt
  • uitleggen hoe allelfrequenties in een instabiele populatie veranderen
  • de voorwaarden noemen voor een stabiele populatie waar een Hardy-Weinberg evenwicht geldt
  • genotype- en allelfrequenties in een stabiele populatie uitrekenen met behulp van de Hardy-Weinberg formules

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Populatiegenetica - instabiele populaties

Door allerlei oorzaken kan in de loop van de tijd de genetische samenstelling van een populatie veranderen.
-> migratie (geneflow)
-> toeval (genetic drift)
-> natuurlijke selectie

Slide 4 - Diapositive

Allelfrequenties veranderen
Door gene flow
Het mixen van allelen tussen populaties door migratie


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omlaag
Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Slide 7 - Diapositive

Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)

Bijvoorbeeld bij voortplanting in kleine populatie.


Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Slide 10 - Diapositive

Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)

Bijvoorbeeld door het flessenhals effect.


Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Catastrofe

Slide 13 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Slide 14 - Diapositive

Allelfrequenties veranderen
Door genetic drift (toeval!)

Bijvoorbeeld door het founder effect.


Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht lager

Slide 18 - Diapositive

Allelfrequenties veranderen
Door natuurlijke selectie (geen toeval!)
Veranderingen in de genetische samenstelling van een populatie als gevolg van een verschillende fitness.





Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omlaag

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Slide 25 - Diapositive

Allelfrequentie voor grijze vacht omhoog

Slide 26 - Diapositive

Populatiegenetica 
Genetische samenstelling in de populatie kun je bekijken door te kijken naar:
Allelfrequentie: hoe veel komt een bepaald allel voor?
Genotypefrequentie: hoe vaak komt een bepaald genotype voor?

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Genotypefrequentie:
AA: 0,7 
Aa: 0,2
aa: 0,1

Genotypefrequentie:
AA: 0,1
Aa: 0,3
aa: 0,6

Slide 29 - Diapositive

Allelfrequentie:
(AA: 0,7)       A: 0,8 
(Aa: 0,2)        a: 0,2 
(aa: 0,1)         

Allelfrequentie:
(AA: 0,1)        A: 0,25 
(Aa: 0,3)        a: 0,75
(aa: 0,6)

Slide 30 - Diapositive

Allelfrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie (200 individuen)
130 * AA
60 * Aa
10 * aa

Wat is de allelfrequentie van A en van a?

Slide 31 - Diapositive

Allelfrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie
130 * AA
60 * Aa
10 * aa
Frequentie A is 320 van de 400 en 320/400 = 0,8 
Frequentie a is 80 van de 400 en 80/400 = 0,2

Slide 32 - Diapositive

Genotypefrequentie
Bijvoorbeeld in een populatie
130 * AA
60 * Aa
10 * aa
Frequentie AA is 130 van de 200 dus 130/200 = 0,65
Frequentie Aa is 60 van de 200 dus 60/200 = 0,3
Frequentie aa is 10 van de 200 dus 10/200 = 0,05 

Slide 33 - Diapositive

Genotypefrequentie
Bijvoorbeeld allel voor groene erwten (A) en gele erwten (a).

AA: 0,7 (= 70%) 
Aa: 0,25 (= 25%) 
aa: 0,05 (= 5%) 

Nu kun je de allelfrequentie bepalen.

Slide 34 - Diapositive

Allelfrequentie
Bijvoorbeeld allel voor groene erwten (A) en gele erwten (a).

AA: 0,7 dus 0,7 A
Aa: 0,25 dus 0,125 A + 0,125 a
aa: 0,05 dus 0,05 a 

Totaal 0,825 A (= 82,5%) en 0,175 (= 17,5%) a

Slide 35 - Diapositive

Stabiele populaties
Geen natuurlijke sectie
Geen migratie
Grote populatie 
Geen mutaties
Dan: Hardy-Weinberg evenwicht

Slide 36 - Diapositive

Hardy Weinberg formule
De allelfrequentie van het dominantie allel noem ik p.
(dus hoe vaak komt A voor)
De allelfrequentie van het recessieve allel noem ik q.
(dus hoe vaak komt a voor)
Dan is p + q = 1.

Slide 37 - Diapositive

Hardy Weinberg formule
Stel een nieuw individu wordt geboren in een populatie waarin geldt p + q = 1.

Wat is dan de kans dat dit individu genotype AA heeft? 
En Aa? En aa?


Slide 38 - Diapositive

Hardy Weinberg formule
Een individu in een populatie heeft  
kans p op A en kans q op a.
De kans op AA is dan p*p = p2
De kans op Aa (plus aA) is dan 2*p*q
De kans op aa is dan q*q = q2
Én p2 + 2pq + q2 = 1



Slide 39 - Diapositive

Hardy Weinberg formule
genotypefrequentie AA is p2
genotypefrequentie Aa is 2pq
genotypefrequentie aa is q2

En: p2+2pq+q2 = 1



Slide 40 - Diapositive

Hardy Weinberg evenwicht
Als er in een populatie géén sprake is van migratie, mutaties, natuurlijke of seksuele selectie (en de populatie is groot genoeg) dan blijven de allelfrequentie en genotypefrequenties over de generaties hetzelfde.

Dan mag je ook uitgaan van p + q = 1 én p2+ 2pq + q2 = 1





Slide 41 - Diapositive

Gebruik wet Hardy-Weinberg
  • Berekenen allelfrequenties vanuit genotypefrequenties en andersom
  • Aantonen of een populatie stabiel is (voldoet aan de wet van Hardy Weinberg) door te kijken of de allelfrequentie verandert per generatie

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Opdracht 1 Uitwerking

Slide 45 - Diapositive

Opdracht 2 Zelf
Bij leeuwenbekjes zijn er twee allelen voor de bloemkleur: rode bloemen (R) en witte bloemen (r). Heterozygote planten hebben roze bloemen. In een bepaalde populatie leeuwenbekjes zijn 81% van de bloemen rood.
1: Wat is de frequentie van het allel voor rode bloemkleur in deze populatie?
2: Wat is de frequentie van het allel voor witte bloemkleur in deze populatie?
3: Welk percentage van de leeuwenbekjes zal in deze populatie witte bloemen hebben?
4: Welk percentage van de leeuwenbekjes zal in deze populatie roze bloemen hebben?



Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive

Doel 7.5 Je kunt
  • uitleggen hoe allelfrequenties in een instabiele populatie veranderen
  • de voorwaarde noemen voor een stabiele populatie waar een Hardy-Weinberg evenwicht geldt
  • genotype- en allelfrequenties in een stabiele populatie uitrekenen met behulp van de regels van Hardy-Weinberg

Slide 49 - Diapositive

HUISWERK
In de online methode.
Kies een leerweg (default B).
Maak opdrachten
42, 43, 48, 49, 50 van 7.5

Slide 50 - Diapositive